Zuid-Hollandse politiek ziet liefst geen windturbines Groene Hart
In dit artikel:
Een meerderheid in Provinciale Staten van Zuid-Holland heeft grote twijfels bij het voorstel van Gedeputeerde Staten om op twaalf locaties in en rond het Groene Hart ruimte te reserveren voor windturbines. Vooral coalitiepartijen BBB en VVD — en in mindere mate het CDA — staan sceptisch tegenover de voorgestelde plekken; alleen GroenLinks–PvdA benadrukt dat turbines nodig zijn voor de energietransitie. Volgens VVD-statenlid Axel Broekhuizen zijn de aangedragen locaties nauwelijks geschikt voor turbines met een tiphoogte van 240 meter en ook bij lagere hoogtes “schuurt het overal”.
Vlak voor de zomer bracht de provincie naar buiten dat het open landschap van het Groene Hart potentieel ruimte biedt voor tientallen turbines, wat leidde tot maatschappelijke en politieke onrust. Het college publiceerde eind vorige maand een ontwerp-herziening van het omgevingsbeleid waarin de twaalf locaties zijn opgenomen; iedereen kan tot half december reageren. De Staten leverden recent input; het college werkt in het voorjaar een definitief voorstel uit waarop de Provinciale Staten uiteindelijk beslissen.
Gedeputeerde Arno Bonte waarschuwt dat ruimte schaars is en belangen moeten worden afgewogen. De provincie deed zelf onderzoek omdat gemeenten in en rond het Groene Hart hun afgesproken duurzame-energiedoelen mogelijk niet halen. Partijen als PVV, JA21, ChristenUnie en SGP pleiten bovendien voor het beschermen van het Groene Hart. Bonte waarschuwt dat het uitblijven van lokale energie-opwekking kan leiden tot meer netcongestie en belemmering van woningbouw en economische groei.