Zorgen om Belgisch pensioenstelsel: "Opgebouwde rechten afpakken is diefstal"

dinsdag, 16 december 2025 (07:12) - NieuwRechts.nl

In dit artikel:

Econoom en pensioenspecialist Kim De Witte waarschuwt dat het Belgische pensioenstelsel ernstig onder druk komt te staan door maatregelen in de nieuwe meerjarenbegroting van de federale regering. Volgens hem worden opgebouwde rechten niet via openlijke kortingen, maar door technische aanpassingen en verstrengde voorwaarden uitgehold — en dat raakt aan verworven rechten die volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens als eigendom gelden, ook tijdens de opbouw.

Een centraal punt is de herberekening van pensioenrechten: ambtenaren krijgen hun pensioen nu op basis van het gemiddelde loon van de laatste tien jaar; de regering wil dat omzetten naar een gemiddelde over 45 jaar. De Witte rekent voor dat dat leidt tot een gemiddelde daling van ongeveer 12% voor ambtenaren en 9% voor werknemers; bij een gemiddeld werknemerspensioen van 1.523 euro netto betekent dit een substantiële achteruitgang.

Daarnaast zijn de voorwaarden om een pensioenmalus bij vervroegd stoppen te vermijden aangescherpt: men moet onder meer minstens 45 jaar halftijds effectief gewerkt hebben en 35 jaar lang jaarlijks minimaal 156 effectief gewerkte dagen. De Witte stelt dat vooral vrouwen worden geraakt omdat zij vaker deeltijds werken en meer onbetaalde zorgtaken uitvoeren. Ook zware beroepen lijken geen duidelijke uitzonderingen meer te krijgen nadat het brugpensioen werd afgeschaft; huishoudhulpen vormen een concreet voorbeeld van grote verliezen (bijvoorbeeld 20% minder pensioen bij halftijds 44 jaar en stoppen op 63).

Door druk van vakbonden en middenveld zijn sommige maatregelen verzacht: korte ziekteperiodes, tijdelijke werkloosheid en langdurige ziekte zoals kanker leiden niet langer automatisch tot een straf. De Witte noemt dat een verbetering, maar benadrukt dat de kernproblemen blijven en dat verdere verstrenging mogelijk is. De regering motiveert de stappen met vergrijzing; De Witte betwist dat op basis van cijfers van de Studiecommissie voor Vergrijzing en ziet de voorstellen vooral als politieke keuzes. De plannen zijn nog niet definitief en kampen met verdeeldheid binnen de regering en brede maatschappelijke tegenstand.