Zoektocht naar duizenden vermisten onder puin in Gaza gaat met de hand
In dit artikel:
Mustafa Abu Hadrous staat tussen het puin van het ingestorte huis in Khan Younis waar zijn zus, haar man en hun vijf kinderen woonden; een Israëlische bombardement in februari maakte een einde aan het gezin. Abu Hadrous en familie konden alleen de lichamen van zijn zus, haar man en één dochter (12) bergen; vier kinderen liggen nog onder het puin.
Duizenden Gazaanse families zoeken naar geliefden die onder ingestorte gebouwen begraven liggen. Volgens Asaad Al‑Saqqa van de Palestijnse Civil Defense zijn er naar schatting zeker 10.000 vermisten wier lichamen onder het puin zouden liggen; in de eerste twee weken na het staakt‑het‑vuren werden bijna 500 lichamen geborgen. De VN schat dat ongeveer 60 miljoen ton puin moet worden verwijderd — een taak die zonder zwaar materieel vrijwel onmogelijk is.
Teams van de burgerbescherming graven met blote handen en simpele gereedschappen zoals harken en schoffels; een team van ongeveer acht mannen werkt op de plek van Abu Hadrous’ familie. Ze missen niet alleen graafmachines, maar ook de expertise en apparatuur om onontplofte explosieven veilig te verwijderen. Al‑Saqqa roept de internationale gemeenschap op zwaar materieel toe te staan zodat stoffelijke resten kunnen worden geborgen.
Israël staat zwaar materieel alleen toe voor de zoektocht naar lichamen van omgekomen gijzelaars die aan Israël zouden worden overgedragen, niet voor de brede zoektocht naar Palestijnse vermisten. Zonder toegang tot technisch materieel en expertise blijven duizenden slachtoffers, waaronder de vier kinderen van Abu Hadrous, voorlopig onder het puin opgesloten.