Zo voorkom je blessures bij senioren

In dit artikel:

Mensen van 50, 65 of zelfs 80 jaar die willen (blijven) sporten lopen extra risico op blessures omdat spieren, pezen, gewrichten en botten met de jaren in kwaliteit achteruitgaan. Blessures kunnen plots ontstaan (bijv. spierscheuring, verstuiking, botbreuk bij een val) of geleidelijk door langdurige overbelasting. Door een tragere reactietijd neemt ook het risico op ongelukken toe.

Chronische aandoeningen zoals diabetes type 2 of ernstig overgewicht verhogen het risico verder: bij diabetes verandert het bindweefsel rond gewrichten en bij obesitas is er extra belasting van spieren en gewrichten. Toch is stoppen met bewegen meestal niet nodig; juist verstandig bewegen kan klachten verminderen, artrose verlichten en bij diabetes soms medicatiebehoefte verlagen.

Praktische aanbevelingen
- Bouw langzaam op en vermijd plotseling grote toename in intensiteit of duur. Raadpleeg bij twijfel eerst de huisarts, een sportarts of een gespecialiseerde fysiotherapeut om een veilig plan te maken.
- Behandel pijn serieus: bij terugkerende pijn of toenemende klachten, rust nemen en bij aanhoudende problemen vroegtijdig een fysiotherapeut raadplegen. Fysiotherapie kan zonder verwijzing; controleer wel vergoedingen bij de zorgverzekering.
- Kies oefeningen en sporten die minder belastend zijn: wandelen, nordic walking, zwemmen, walking football, aangepaste fitness en bijvoorbeeld padel als lichter alternatief voor tennis. Zelfstandig hardlopen brengt relatief meer blessurerisico met zich mee.
- Zoek waar mogelijk begeleide of speciaal aangepaste programma’s bij lokale verenigingen of sportbonden; zij hebben vaak seniorvriendelijke lesvormen.

Aanvullende tips (praktisch nut)
- Besteed aandacht aan warming-up, spierkracht en balanstraining om val- en blessurerisico te verkleinen.
- Let op goede schoenen, geschikte ondergrond en pas intensiteit aan bij chronische aandoeningen.
- Bij twijfel over medicatie, botgezondheid (osteoporose) of cardiovasculair risico eerst medisch advies inwinnen.

Kortom: bewegen blijft wenselijk op hogere leeftijd, maar doe het geleidelijk, afgestemd op je lichamelijke situatie en met professionele begeleiding wanneer nodig om blessures te voorkomen.