Zit Nederland er warmpjes bij? Bij een strenge winter moeten we maar hopen dat Trump ons vloeibaar aardgas blijft leveren.

dinsdag, 11 november 2025 (05:55) - Wynia's Week

In dit artikel:

Bestaanszekerheid kwam terug op de agenda na de sterke inflatie in 2022–2023, grotendeels aangewakkerd door de hoge aardgasprijzen na de Russische inval in Oekraïne. Nederland — ooit een uitgesproken “gasland” — merkt dat die zekerheid verdampt is: de binnenlandse gasbel is voorbij en Europa wil niet opnieuw afhankelijk worden van leveranciers die energie als politiek instrument kunnen inzetten.

Per 1 november moest de Nederlandse ondergrondse gasopslag voor de winter voor 74 procent gevuld zijn; de werkelijke vulling kwam uit op 73,6 procent. Dat ligt vrijwel gelijk aan vorig jaar maar duidelijk lager dan op dezelfde peildata in 2022 en 2023. De grootste commerciële opslag, Bergermeer nabij Alkmaar, speelt een sleutelrol en wordt voor 60 procent beheerd door Taqa (Abu Dhabi) en voor 40 procent door EBN (Energie Beheer Nederland). Nederlandse opslagen dienen niet alleen eigen verbruik; landen zonder eigen capaciteit kunnen er ook op terugvallen.

Na 2022 is Gazprom, vroeger een belangrijke klant en gebruiker van opslagrechten, op de achtergrond geraakt; juridische vragen over zijn rol blijven deels vertrouwelijk. In plaats daarvan zijn Noorwegen, de Verenigde Staten en Qatar belangrijke leveranciers geworden. In 2024 kwam 27 procent van de Nederlandse gasvraag uit de VS — een kwetsbaarheid nu politieke koers van die landen (bijv. “America First”) zichtbaar invloed kan uitoefenen. Qatar en de VS hebben recent al kritiek geuit op Europese wetgeving die multinationals harder wil aanpakken, wat duidt op geopolitieke spanning rond energie en investeringen.

Het vullen van voorraden is primair een commerciële verantwoordelijkheid: leveranciers kopen in bij lage zomerprijzen en verkopen in dure wintermaanden. Die prijsprikkel verklaart mede waarom de opslag dit jaar niet helemaal vol raakte. Maar marktonthechting betekent dat één strenge winter, een pijpschade of politieke ruzie de supply snel naar de hoogste bieder kan sturen. Dat zou de prijs omhoog jagen, inflatie verergeren en huishoudens financieel pijn doen — precies de bestaansonzekerheid die men eerder meemaakte.

De overheid overweegt nu een strategische gasreserve, vergelijkbaar met olievoorraden, waarbij EBN mogelijk een grotere rol krijgt en ook commerciële tekorten moet aanvullen. Dat vereist geld: de rekening komt uiteindelijk bij consumenten en/of belastingbetalers terecht. Ironisch genoeg zijn potentiële oude opties — denk aan Groningen — door eerdere besluiten onbruikbaar gemaakt (gevulde putten).

Kortom: Nederland heeft voldoende bronnen (LNG, Noordzeegas, Noors gas, opslag) om een gemiddelde winter te doorstaan, en het IEA voorspelt ruime markten. Maar de schijnzekerheid van lage prijzen verbergt politieke en technische risico’s; een onverwachte schok kan snel het energie- en koopkrachtbeleid terugbrengen naar het hart van het publieke debat.