Zelf opbouwen van pensioen fiscaal interessant, maar er zijn drempels en verbeterpunten: 'Benoem ook de nadelen'
In dit artikel:
De Taskforce derde pijlerpensioen — een samenwerkingsverband van aanbieders van aanvullende pensioenproducten — waarschuwt dat er nog te veel belemmeringen bestaan voor mensen die zelf fiscaal vriendelijk pensioen willen opbouwen in Nederland. Volgens de groep speelt de derde pijler (naast AOW en werkgeverpensioen) een cruciale rol nu van individuen steeds meer zelfredzaamheid en aanvullende inkomensopbouw wordt gevraagd, maar worden die voordelen door praktische en fiscale knelpunten vaak niet benut.
Belangrijke knelpunten die de Taskforce noemt:
- Onbekendheid over de jaarruimte: veel mensen weten niet hoeveel ze jaarlijks fiscaal aftrekbaar mogen storten; dit bedrag hangt af van inkomen en eventueel werkgeverspensioen. De Taskforce wil dat de Belastingdienst deze jaarruimte actief communiceert.
- Dubbele Zvw-heffing voor zelfstandigen: zzp’ers met een inkomen tot €75.864 betalen nu zowel bij inleg als bij uitkering een bijdrage voor de Zorgverzekeringswet, wat een dissuasief effect heeft. In de tweede pijler doet deze dubbele heffing zich niet voor; de Taskforce pleit voor reparatie.
- Onduidelijke en onsamenhangende kostencommunicatie: banken en vermogensbeheerders rapporteren kosten verschillend, waardoor consumenten moeilijk kunnen vergelijken. Kleine kostencomponenten lopen op termijn flink in de papieren en drukken het uiteindelijke pensioen.
- Eenzijdige marketing: aanbieders benadrukken vaak alleen het belastingvoordeel, terwijl er situaties zijn waarin dat voordeel ontbreekt; communicatie moet evenwichtiger en transparanter over zowel voordelen als nadelen.
De Taskforce roept zowel beleidsmakers (voor fiscale en uitvoeringsaanpassingen) als aanbieders (voor verbeterde transparantie en duidelijkere productvergelijking) op tot actie, om de derde pijler effectiever en toegankelijker te maken voor zowel werknemers als zelfstandigen.