Zeeland onderzoekt kansen voor bedrijven bij komst kerncentrales

In dit artikel:

De provincie Zeeland laat door een ingenieursbureau onderzoeken welke economische kansen de mogelijke bouw van twee kerncentrales biedt voor Zeeuwse bedrijven. Het onderzoek, dat ongeveer een half jaar duurt, brengt in kaart welke vaardigheden, investeringen en organisatorische stappen nodig zijn zodat lokale ondernemingen onderdeel kunnen worden van de toeleveringsketen. Daarnaast wordt bekeken hoe bedrijven onderling kunnen samenwerken en hoe ze het beste geïnformeerd en gemotiveerd kunnen worden om deel te nemen.

Gedeputeerde Jo-Annes de Bat benadrukt dat nieuwe kerncentrales kunnen bijdragen aan zowel de verduurzaming van de Zeeuwse industrie als aan de lokale economie; de provincie wil bedrijven ondersteunen bij de voorbereiding op die ontwikkelingen. Het demissionaire kabinet pleit voor vier nieuwe centrales, waarbij voor de eerste twee locaties onder meer Borssele en Terneuzen (Zeeland), Eemshaven (Groningen) en de Tweede Maasvlakte in aanmerking komen; als meerdere locaties geschikt zijn heeft Zeeland de voorkeur.

Tegelijk heeft Zeeland voorwaarden gesteld, waaronder het behoud van de Sloerand—de groene buffer tussen het Sloegebied en Borssele—en ook de gemeente Borsele formuleerde eisen. Het ministerie van Klimaat en Groene Groei zegt nog niet te kunnen inschatten welk effect de bouw op de Sloerand zou hebben, maar begrijpt het behoudsverlangen. Voor kernafval is veiligheid een aandachtspunt: het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wijst erop dat tijdelijke opslag bij COVRA in Nieuwdorp tot 2130 gegarandeerd is, terwijl een definitieve eindberging vóór 2050 niet haalbaar wordt geacht.