Woningnood moet niet gekker worden: 'Ze zijn uit op je slaapkamer'
In dit artikel:
De politiek richt zich steeds vaker op slaapkamers als instrument tegen de woningcrisis. In Amsterdam mogen bijstandsgerechtigden sinds deze maand met toestemming van de gemeente legaal een kamer verhuren en daarbij een paar honderd euro per maand bijverdienen zonder gekort te worden op uitkering, huur- of zorgtoeslagen. Het doel is meer benutting van bestaande woonruimte, maar het raakt ook aan privacy en gemeentelijk ingrijpen in privéhuishoudens.
In het Verenigd Koninkrijk speelt een andere controverse: daar wordt serieus nagedacht over een “empty bedroom tax” voor huiseigenaren. Critici waarschuwen dat zo’n heffing het eigendomsrecht aantast en huiseigenaren dwingt te verhuizen of kamers te gaan bewonen die ze nu leeg hebben. De discussie is fel en laat zien hoe ver beleidsmakers kunnen gaan als de nood hoog is.
In Nederland werden ook grotere plannen geopperd: toekomstig premier Rob Jetten pleitte voor het bouwen van “tien nieuwe steden” om de woningnood op te lossen, maar zijn uitlatingen werden kort na de verkiezingen door D66 afgezwakt als meer een metafoor dan een concreet plan. Zulke ambitie botst met praktische en politieke grenzen.
Terug in Amsterdam leidt de nieuwe hospita‑regeling tot verhitte meningen. Gemeente en links bestuur (GroenLinks-PvdA) zien het delen van woningen als innovatieve, praktische oplossing; tegenstanders waarschuwen voor spanningen in veel te kleine sociale huurwoningen, ruzie om voorzieningen en het verlies van wooncomfort. De regeling biedt bijstandsgerechtigden 275 euro extra per maand als ze een kamer verhuren aan bijvoorbeeld een dakloze of student; is die kamer ook inclusief kost (maaltijden), dan kan het bedrag oplopen tot 475 euro. Dat levert inkomen, maar ook gedwongen samenleven met een onbekende en weinig privacy op.
De persoonlijke ervaring van de 57‑jarige Lonneke illustreert die schaduwzijde. Als ex‑kankerpatiënt en weduwe overleefde ze een jaar in “schimmige” hospita‑situaties met frustrerende en intimiderende incidenten — tot haar spullen werden verplaatst, inclusief een porseleinen hart met de as van haar moeder. Vorige week kreeg ze echter positief nieuws: ze kreeg van een christelijke woningcorporatie de sleutel van een eigen tweekamerappartement met een contract voor onbepaalde tijd. “Hier ga ik nooit meer weg. Ik ben zo blij,” zei ze.
De voorbeelden tonen de kern van het dilemma: creatieve beleidsinstrumenten kunnen schaarse woonruimte sneller benutten en mensen tijdelijk helpen, maar ze roepen ook vragen op over privacy, rechtszekerheid en de grens tussen publieke noodoplossingen en individuele woonrechten.