Woningbouwsubsidie zorgt niet voor snellere bouw: 'Gaat om veel publiek geld'

dinsdag, 30 september 2025 (09:12) - NU.nl

In dit artikel:

De Algemene Rekenkamer concludeert dat de Woningbouwimpuls — bijna €1,4 miljard verdeeld over zes rondes tussen 2020 en 2024 (met €120 miljoen gereserveerd voor een ronde in najaar 2025) — niet heeft geleid tot versnelling van de woningbouw en waarschijnlijk ook niet tot een toename van het totaal aantal woningen. De subsidie is door het ministerie van Volkshuisvesting ingezet als het belangrijkste financiële instrument om sneller, meer en betaalbaar te bouwen, maar de Rekenkamer vindt de uitkomsten teleurstellend.

Drie kwart van de projecten uit de eerste drie ronden liep vertraging op, gemiddeld ongeveer twee jaar, en dat is iets vaker het geval dan bij vergelijkbare projecten zonder subsidie. Of de impuls daadwerkelijk extra woningen heeft opgeleverd is onzeker: alle gesubsidieerde projecten zijn doorgegaan, maar dat kan ook betekenen dat ze zijn vervangen door — of ten koste gegaan van — andere plannen zonder subsidie. Daardoor is het netto-effect moeilijk vast te stellen.

Op het terrein van betaalbaarheid is er wel een positief verschil: projecten met subsidie realiseerden een hoger aandeel betaalbare woningen dan vergelijkbare projecten zonder bijdrage. Tegelijk waarschuwt de Rekenkamer dat er vrijwel geen concrete maatregelen zijn genomen om die betaalbaarheid op de lange termijn te borgen.

De toezichthouder wijst erop dat de regeling onvoldoende inspeelt op de onderliggende knelpunten in de bouwketen. Juridische en bestuurlijke procedures — bijvoorbeeld zaken bij de Raad van State — veroorzaken veel vertragingen (ongeveer een derde van de vertraagde projecten), en dat los je niet op met extra geld alleen. De Rekenkamer benadrukt dat het woningmarktvraagstuk beter geanalyseerd had moeten worden voordat de impuls werd vormgegeven.

Demissionair minister Mona Keijzer verzet zich tegen de conclusies en zegt overtuigd te zijn van het effect van de impuls als onderdeel van een breder pakket om richting 100.000 woningen per jaar te komen, waarvan twee derde betaalbaar. De Rekenkamer blijft kritisch en roept regering en parlement op opnieuw na te denken over de meest effectieve manier om de woningdoelen te bereiken; volgens vicevoorzitter Ewout Irrgang is de subsidie op zichzelf geen behulpzaam middel.

Naast de bijna €1,4 miljard voor de Woningbouwimpuls werd er ook geld uitgegeven aan andere gerelateerde regelingen (zoals een Startbouwimpuls en ouderhuisvesting), waardoor het totale budget rond de €2,3 miljard uitkwam; de Rekenkamer heeft die aanvullende uitgaven niet beoordeeld. Dit is de tweede evaluatie van de impuls door de Rekenkamer — een eerdere beoordeling in 2022 leidde tot soortgelijke bevindingen, waar volgens de Rekenkamer weinig mee is gedaan.