Witte rook: DNB krijgt met Olaf Sleijpen een topman uit eigen gelederen

In dit artikel:

Olaf Sleijpen is benoemd tot nieuwe president van De Nederlandsche Bank (DNB) en volgt Klaas Knot op, die na veertien jaar binnenkort afscheid neemt. Sleijpen zit sinds 2020 in de directie van DNB als directeur Monetaire Zaken en was al regelmatig plaatsvervanger van Knot bij de Europese Centrale Bank (ECB). Zijn benoeming geldt voor zeven jaar met de mogelijkheid tot een tweede termijn, waardoor hij maximaal veertien jaar kan aanblijven.

Opvallend is dat Sleijpen minder gaat verdienen dan zijn voorganger; zijn salaris wordt maximaal 450.000 euro per jaar, terwijl Knot vorig jaar 500.000 euro ontving. Toch is dit een salarisstijging voor Sleijpen ten opzichte van zijn huidige inkomen van 303.000 euro.

De rol van DNB-president is cruciaal binnen Nederland, niet alleen als toezichthouder op banken, maar ook als adviseur van overheid en consumenten op economisch gebied. Daarnaast vertegenwoordigt de DNB-president Nederland in het bestuur van de ECB in Frankfurt, waar belangrijke beslissingen worden genomen over rentebeleid dat invloed heeft op consumenten en bedrijven. Omdat eurolanden verschillende opvattingen hebben over de aanpak van inflatie, is de vertegenwoordiger van Nederland in Frankfurt een belangrijke spil in het behartigen van nationale belangen.

Het benoemingsproces verliep traag en zorgvuldig, waarbij de Raad van Commissarissen kandidaten aan de minister van Financiën voorlegt, die de uiteindelijke beslissing neemt. De vertraging kan deels worden verklaard door de recente val van het kabinet en interne onenigheid over kandidaatkeuzes. Minister Eelco Heinen benadrukte de politieke betrokkenheid bij deze benoeming en gaf aan dat hij actief betrokken was bij het proces. Eerder werd bij de benoeming van Knot ook al een kandidaat van DNB overgeslagen ten gunste van een meer politiek draagvlakhebbende opvolger.

Kort voor zijn benoeming adviseerde Sleijpen in een interview de nieuwe regering om snel werk te maken van het aanpakken van financiële en economische problemen in Nederland, wat zijn betrokkenheid en visie op het beleid onderstreept.