Wereldwijde zorgen over Israëlisch offensief, Iran zet tegenaanval in

In dit artikel:

Israël voerde in de nacht van donderdag op vrijdag een grootschalige luchtaanval uit op Iran, gericht op nucleaire installaties en de Iraanse militaire top. Hierbij zouden twee invloedrijke Iraanse leiders, onder wie commandant Hossein Salami van de Islamitische Revolutionaire Garde, zijn omgekomen. Israël presenteert de operatie, genaamd Rising Lion, als een preventieve maatregel om te voorkomen dat Iran een nucleaire macht wordt die Israël met kernwapens kan aanvallen. Iran reageerde met een tegenaanval waarbij meer dan honderd drones werden gelanceerd, waarvan een deel boven Syrië en mogelijk andere omliggende landen werd onderschept. Ook Jordanië meldde raketintercepties, zonder expliciet de herkomst te bevestigen.

Het Nederlandse demissionaire kabinet spreekt zijn zorgen uit over de escalatie en betreurt het Israëlische offensief. Ministers benadrukken het belang van kalmte en roepen op tot het vermijden van verdere geweldsdynamiek. Buitenlandminister Casper Veldkamp benadrukt dat onderhandelingen de duurzaamste weg zijn om nucleaire dreigingen te neutraliseren, zonder in te gaan op de vraag of Nederland vooraf op de hoogte was van de aanval.

Internationaal is de reactie verdeeld: EU-buitenlandchef Kaja Kallas en NAVO-voorzitter Mark Rutte dringen aan op diplomatie en de-escalatie. Rusland, als bondgenoot van Iran, veroordeelt de aanval scherp, terwijl de Golfstaten en Turkije spreken van een roekeloze escalatie. Bondsgenoten van Israël zoals Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk erkennen het recht van Israël op zelfverdediging, maar zoeken tegelijk naar mogelijkheden om spanningen te verminderen. De situatie in het Midden-Oosten blijft daardoor zeer gespannen met risico op verdere escalatie.