Weer een Wennemars op de Spelen? 'Als het niet lukt, blijft hij welkom thuis'
In dit artikel:
Vader Erben en zoon Joep Wennemars staan allebei in de schijnwerpers nu Joep zich wil plaatsen voor de Olympische Spelen van 2026 in Milaan. De 23‑jarige Joep, wereldkampioen op de 1.000 meter, opende het olympisch kwalificatietoernooi (OKT) in Thialf met een snelle 500 meter: 34,48 na twee ritten, zijn beste tijd ooit in Heerenveen en goed voor de derde tijd op dat nummer. Dat leverde een plek in de kwalificatiematrix op, maar nog geen zekerheid: omdat die derde plek relatief laag scoort moet hij op de 1.000 meter fors presteren om een olympisch startbewijs veilig te stellen. Als dat lukt, rijdt hij waarschijnlijk ook de 500 m in Milaan.
Beide Wennemarsen zeggen opvallend kalm te zijn. Joep relativeert de allure van de Spelen; hij vindt dat de ernst en commercie rond de Olympische Spelen vaak overschat wordt vergeleken met wereldkampioenschappen. Desondanks is zijn doel helder: zich plaatsen door een sterke rit op de 1.000 meter te rijden. Vader Erben was zichtbaar enthousiast op de tribune na de 500 m, maar benadrukt dat hij zijn zoon niet kan of wil sturen. Zijn ervaringen als voormalig olympiër liggen ver achter hem en de sport is veranderd; “de klok liegt niet”, aldus Erben, die vindt dat Joep uit zijn eigen gereedschapskist moet kiezen.
Thuissituatie en verwachtingen zijn nuchter: in het gezin is wereldkampioenschapssucces belangrijker geweest dan de Spelen, maar een olympische start in Milaan zou Erben trots maken. Hij heeft geen zenuwen en vertrouwt op Joep’s conditie en mentale staat. Mocht kwalificatie mislukken, dan blijft de steun onvoorwaardelijk; Erben ziet topsport als een aaneenschakeling van teleurstellingen en hoogtepunten, en zegt dat verliezen bij het proces hoort. Joep hoopt dat de Spelen straks wél een gespreksthema thuis worden — zeker omdat zijn vader zelf nooit olympisch goud won.