Waarom zet Trump alwéér het leger in? Amerikanist Jelte Olthof legt het uit
In dit artikel:
Jelte Olthof merkt op dat president Donald Trump opnieuw honderden militairen naar een Amerikaanse stad stuurt: circa achthonderd National Guard-troepen zijn ingezet in Washington D.C. De National Guard bestaat uit staatslegeren (sommige staten, zoals Texas, hebben zelfs eigen luchtmachten) naast het landelijke leger. In de praktijk kan de president die troepen federaliseren, vaak met toestemming van de gouverneur; Trump heeft die toestemming eerder genegeerd toen hij in juni troepen naar Los Angeles stuurde.
Trump presenteert de inzet als noodzakelijke maatregel om de orde te herstellen en geweld te bestrijden, maar de misdaad in Washington D.C. daalt al decennialang, waardoor het motief twijfel oproept. Olthof ziet dit als politiek machtsvertoon: in tijden van nadelige publiciteit — bijvoorbeeld rond gevoelige dossiers — en vooral in door Democraten bestuurde steden wil Trump zich profileren als daadkrachtig leider.
Er kleven risico’s aan het binnenlands inzetten van militairen. National Guard-soldaten zijn op gevechtsdoelen getraind, zwaar bewapend en hebben geen standaard bevoegdheid voor arrestaties; hun moreel kan dalen wanneer ze tegen burgers worden ingezet. Olthof waarschuwt dat het flirtend gebruik van militaire macht gevaarlijk is voor de democratische verhoudingen en vraagt zich af wat dit betekent voor de toekomst van de Amerikaanse politiek. De troepen in Los Angeles zijn intussen alweer teruggetrokken.