Waarom heb je 20 jaar nodig om islamofoben te begrijpen?
In dit artikel:
Jamal Ouariachi hekelt in zijn column de normalisering van racisme en islamofobie in Nederland: wat ooit marge-uitspraken van figuren als Pim Fortuyn, Hans Janmaat en Frits Bolkestein waren, is volgens hem over de jaren heen ingebed geraakt in het publieke debat. Hij somt voorbeelden op van grof taalgebruik en discriminerende uitspraken door politici en publieke figuren, en koppelt die aan concrete incidenten: undercoveronderzoeken naar moskeeën door minstens tien gemeenten (betaald door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid), structurele woningdiscriminatie tegen Nederlanders met Marokkaanse namen, en intimidatie van vluchtelingen zoals een Jemenese snackbarhouder die zijn zaak verkocht na racistische aanvallen.
Ouariachi wijst ook op institutionele en financiële vormen van profilering: recent onderzoek (Follow the Money, 2025) toont dat grote banken klanten met een islamitische achtergrond of Palestina-activisten onder extra scherp toezicht zetten, vaak zonder directe transactiewaarom. Politici als Geert Wilders en Caroline van der Plas krijgen ruimte om generaliserende beschuldigingen richting moslims en asielzoekers te uiten; Thierry Baudet en anderen delen heftige, polariserende boodschappen via sociale media. Oud-voorvallen van expliciet racistische taalgebruik door publieke figuren illustreren volgens de schrijver dat het probleem niet nieuw is maar is gegroeid.
Belangrijkste verwijt aan de Nederlandse media: zij verschaffen dit rechts-populistische discours geregeld een podium, ook in respectabele praatprogramma’s en dagbladen, en behandelen het te vaak als iets dat je moet ‘begrijpen’ in plaats van kritisch te tegengaan. Ouariachi betoogt dat die platformfunctie de radicale stemmen legitimeert en bijdraagt aan een klimaat waarin discriminatie en haat geleidelijker worden geaccepteerd.
De column roept op tot meer verantwoordelijkheid van journalisten en instellingen: kritiek en nazorg ontbreken nu te vaak, waardoor kwetsbare groepen extra risico lopen en de publieke sfeer verhardt.