Vrijwilliger omgekomen na aanval op Nederlandse hulporganisatie in Oekraïne: 'Traantje gelaten'

In dit artikel:

"Dit gaat ons niet in de koude kleren zitten." Met die woorden reageert Bas Spijker, oprichter van Dutch Civilian Action, op een dodelijke droneaanval op drie van zijn vrijwilligers op eerste kerstdag in Kostjantynivka in het oosten van Oekraïne. De Oekraïense vrijwilliger Bogdan reed die dag samen met twee collega’s mensen weg uit dorpen bij de frontlinie; alleen hij en Eduard keerden terug. Een derde inzittende overleefde de aanval niet; Bogdan sprong nog uit de auto en beide overlevenden zijn behandeld in het ziekenhuis, met rug- en beenklachten, maar verkeren rustigere omstandigheden.

Dutch Civilian Action, opgericht vlak na de grootschalige Russische invasie van 24 februari 2022, vervoert elke zes weken hulpgoederen en helpt bij evacuaties dicht bij het front. Dit jaar heeft de organisatie volgens Spijker bijgedragen aan de evacuatie van ongeveer 450 mensen. Spijker zegt dat de situatie steeds schrijnender wordt en dat beelden van geëvacueerden vaker dode slachtoffers tonen, terwijl zijn teams dagelijks onder groot risico werken. De lokale vrijwilligers — door de organisatie aangeduid als 'lokale helden' — wonen soms minder dan 40 kilometer van de frontlijn en blijven ondanks trauma en gevaar vastberaden helpen.

Om de veiligheid te vergroten is een inzamelingsactie gestart voor een kogelvrije auto en mogelijk voor drone-netten die bommen zouden kunnen opvangen voordat ze tot ontploffing komen. De organisatie wil zo de vrijwilligers blijven beschermen zodat zij hun levensreddende werk kunnen voortzetten.