Vrachtwagenfabrikanten mogelijk nog miljarden kwijt aan kartelclaims

In dit artikel:

Vrachtwagenbouwers die volgens de EU jarenlang verboden prijsafspraken maakten, worden mogelijk nog voor miljarden aan schadeclaims geconfronteerd. Vandaag beginnen in München hoorzittingen die een cruciale stap vormen in de afhandeling van honderden individuele vorderingen van getroffen transportbedrijven.

Betrokken fabrikanten zijn DAF, Volvo/Renault, MAN, Daimler, Iveco en Scania; zij zouden samen de prijzen van middelzware en zware trucks kunstmatig hebben opgevoerd, waardoor afnemers te veel betaalden. Onder de eisers zitten grote Duitse partijen zoals spoorbedrijf Deutsche Bahn en het leger, maar ook Nederlandse klanten hebben zich gemeld. Omdat de zaal te klein is, vindt het overleg plaats in een conferentiehal waar ruim honderd advocaten en deskundigen samenkomen.

De Europese Commissie legde in 2016 boetes van in totaal 2,9 miljard euro op aan vier van de zes bedrijven; MAN ontving strafvermindering na samenwerking, en Scania kreeg in 2017 een afzonderlijke boete van ruim 880 miljoen euro. De lopende civiele procedures kunnen de betrokken fabrikanten nog veel extra kosten opleveren en bepalen in hoge mate of gedupeerden worden gecompenseerd.