VN-Mensenrechtenraad ziet oorlogsgeweld in Soedan steeds bloediger worden
In dit artikel:
De VN-mensenrechtenorganisatie OHCHR meldt dat in de eerste helft van 2025 minstens 3.384 burgers in Soedan zijn gedood, waarmee dit jaar tot dusver veel dodelijker is dan 2024 (die helft vertegenwoordigt al circa 80% van dat jaar). Het cijfer staat in een vrijdag gepresenteerd rapport over de ruim twee jaar durende oorlog tussen het Soedanese leger (SAF) en de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF), die sinds april 2023 tegenover elkaar staan. De SAF krijgt steun van de rebellengroep Sudan Liberation Movement/Army. UNICEF noemt de situatie in Soedan de grootste humanitaire crisis ter wereld.
Het zwaartepunt van de slachtoffers ligt in Darfoer: daar vielen ruim 2.900 doden, vooral door een offensief van de RSF in het noorden van die regio. De OHCHR wijst op een toename van drone-aanvallen, ook in dichtbevolkte gebieden en regio’s die eerder relatief rustig waren; die inzet heeft bijgedragen aan het hoge dodental. Op sociale media werd vrijdag gemeld dat een RSF-aanval op een moskee in een vluchtelingenkamp in noord-Darfoer 43 doden eiste.
Door de hevige gevechten en slechte communicatiemogelijkheden kunnen veel slachtoffers niet altijd worden geregistreerd, waardoor het werkelijke dodental vermoedelijk hoger ligt. Naast dodelijke slachtoffers lijden burgers onder wijdverbreid seksueel geweld, mishandeling, intimidatie en acute voedseltekorten. Eerder meldde UNICEF dat tussen januari 2024 en februari 2025 minstens 221 kinderen in Soedan verkracht zijn.