VN: ergste scenario's opwarming uit beeld, maar klimaatdoelen Parijs ook
In dit artikel:
Het VN-milieubureau concludeert in een nieuw rapport, uitgebracht in aanloop naar de klimaattop in Belém (Brazilië), dat de meest catastrofale opwarmingsscenario’s steeds onwaarschijnlijker worden, maar dat de wereld nog ver van de doelen uit het Parijse klimaatakkoord zit. Waar landen tien jaar geleden toezegden de opwarming ruim onder 2°C te houden (bij voorkeur onder 1,5°C), lopen huidige beleidsvoornemens nog steeds uit op ongeveer 2,8°C opwarming. Vorig jaar werd de 1,5°C‑grens al kortstondig overschreden; onderzoekers verwachten dat die overschrijding binnen enkele jaren permanent zal zijn als er geen extra actie komt.
De neerwaartse bijstelling van de slechtste scenario’s heeft meerdere oorzaken: wetenschappers hebben betere modellen voor emissieontwikkelingen, de verwachte economische groei viel tegen (onder meer door de coronapandemie) en de kosten van hernieuwbare energie zijn sterk gedaald, waardoor zon, wind en elektrische voertuigen meer marktaandeel winnen. Toch stijgt het wereldwijde verbruik van steenkool, olie en gas nog, waardoor de broeikasgasuitstoot blijft toenemen.
Veel landen waren dit jaar te laat met het indienen van aangescherpte klimaatplannen; slechts een derde leverde tijdig een nieuwe inzet (NDC) bij de VN. Als alleen die ingediende plannen accuraat worden uitgevoerd, komt de projectie uit op ongeveer 2,5–2,8°C — een verbetering ten opzichte van vorig jaar, maar nog steeds onvoldoende. Tegelijkertijd werkt de Verenigde Staten, sinds het vertrek uit het akkoord onder president Trump, in de richting van hogere uitstoot, wat veel van de vooruitgang tenietdoet. Er is nog ruimte voor verbetering: enkele late inzendingen, zoals een ambitieuzer plan van Indonesië, kunnen de prognoses verder verscherpen, aldus Michel den Elzen van het PBL, die meewerkte aan het rapport.