Verhuizing op verhuizing: doorplaatsen in de jeugdzorg is schadelijk

In dit artikel:

Het doorplaatsen van jongeren binnen de jeugdzorg blijkt ernstige gevolgen te hebben voor hun sociale leven en mentale gezondheid, volgens een recent onderzoek van stichting Het Vergeten Kind. Het onderzoek, waaraan meer dan honderd jongeren hebben meegedaan, toont aan dat deze minderjarigen gemiddeld zes keer verhuizen na een uithuisplaatsing, met sommigen die zelfs tot twintig keer moeten verhuizen.

Deze gedwongen verhuizingen gebeuren vaak onverwacht en kunnen leiden tot gevoelens van angst, eenzaamheid en depressie. Veel jongeren ervaren dat ze door de verhuizingen het contact met vrienden verliezen en dat hun hobby’s en schoolactiviteiten in gevaar komen. Een 21-jarige deelnemer, Serena, deelt haar ervaring over hoe de constante verhuizingen haar vermogen om emotionele banden op te bouwen heeft beïnvloed.

Het onderzoek dient tevens als aftrap voor de Week van Het Vergeten Kind, waarbij het probleem van doorplaatsingen opnieuw onder de aandacht wordt gebracht. De directeur van de stichting, Margot Ende-van den Broek, benadrukt dat er nog veel te weinig is gedaan om deze situaties te verbeteren, ondanks eerdere pilots en erkenning van het probleem door beleidsmakers.

Het is van belang dat er een meer mensgerichte aanpak komt binnen de jeugdzorg. Dit houdt in dat eerder wordt overwogen om hulp te verplaatsen in plaats van de jongeren, en dat hulpverleners beter worden getraind om de oorzaken van problematisch gedrag te begrijpen. Daarnaast worden gemeenten aangespoord hun zorgstructuur zo aan te passen dat doorplaatsingen worden voorkomen, bijvoorbeeld door het loslaten van leeftijdsgebonden regels.