Verhoging dichtbij voor honderdduizenden pensioenen in de metaalsector
In dit artikel:
Pensioenfonds PME verwacht mogelijk per 1 januari 2026 pensioenen te kunnen verhogen voor de ruim zeshonderdduizend deelnemers in de metaalsector, mits de financiële positie stabiel blijft. De dekkingsgraad van PME — de indicator die aangeeft of een fonds genoeg vermogen heeft om toekomstige uitkeringen te dekken — stond eind september op 123,9 procent. Voorwaarde is dat deze maatstaf eind oktober minimaal 110 procent blijft; het definitieve besluit over eventuele verhogingen valt later dit najaar. PME waarschuwt wel voor terughoudendheid omdat het fonds begin 2027 overstapt op het nieuwe pensioenstelsel, wat veel werk met zich meebrengt. Vorig jaar kregen deelnemers slechts een verhoging van 0,3 procent.
Bij PMT, dat vooral kleine bedrijven zoals auto- en fietszaken bedient, is de situatie vergelijkbaar: de dekkingsgraad was eind september 118,2 procent, waardoor een verhoging mogelijk is. Het fonds benadrukt evenwel dat het uiteindelijk kijkt naar de stand eind december en dat economische schommelingen snel kunnen toeslaan. PMT stapt, anders dan PME, al begin volgend jaar over; daarom ontvangen deelnemers binnenkort een persoonlijke prognose voor hun pensioen in 2026, gevolgd door een definitieve berekening.
Ook zorgfonds PFZW gaat begin volgend jaar naar het nieuwe stelsel en kondigde al aan dat pensioenen voor ruim drie miljoen zorg- en welzijnsmedewerkers gemiddeld met ongeveer 7 procent stijgen. Die verhoging komt mede doordat het nieuwe stelsel minder buffers vereist, waardoor vrijgekomen middelen beschikbaar komen voor uitkeringen; PFZW had eind september een dekkingsgraad van 120,7 procent.
Bij andere grote fondsen is het onduidelijker. Het ambtenarenfonds ABP, met een dekkingsgraad van 121,7 procent eind vorige maand, houdt zich op de vlakte en neemt in november een beslissing. BpfBOUW doet geen mededelingen maar verkeert financieel zelfs relatief gunstiger dan veel collega-fondsen.
Algemene reden voor verbeterde posities bij de fondsen zijn koersstijgingen op de aandelenmarkten en hogere rentes, waardoor ze minder geld als buffer hoeven te reserveren.