Vanuit toeristenparadijs Costa Rica sturen bendes tonnen cocaïne naar Europa
In dit artikel:
Langgerekte Caribische stranden en ongerepte jungle verbergen een steeds hardere realiteit in Costa Rica: het land is uitgegroeid tot een belangrijke doorvoerhaven voor Zuid-Amerikaanse cocaïne richting Europa. Drugs worden vaak verstopt in verborgen wanden van containers met bananen en ananassen, goederen die vanwege hun beperkte houdbaarheid snel worden doorgevoerd en daardoor kwetsbaar zijn voor misbruik. Jaarlijks worden aan de Costa Ricaanse kant tienduizenden kilo’s onderschept; internationaal staat Costa Rica na Brazilië, Ecuador en Panama op de vierde plaats van landen vanwaar recent veel cocaïne is onderschept richting Nederland.
Een draaipunt was de opening van de haven van Moín in 2019, vlak bij de stad Limón aan de Caribische kust. Sindsdien is de rol van Costa Rica in de regionale drugshandel zichtbaar toegenomen. Colombiaanse organisaties zoals de Clan del Golfo hebben terrein gewonnen en lokale criminele groepen raken betrokken bij de lucratieve overslag, wat de dynamiek van geweld in het land verscherpt.
De sociale gevolgen zijn groot, vooral in armere regio’s als Limón. Leraar Alric Alrun, zelf opgegroeid in een kwetsbare wijk, ziet jongeren wegdrijven richting de bendes: “De jeugd van nu wil alles snel. Snel een auto, snel een nieuwe telefoon.” Werkloosheid en armoede – Limón heeft de hoogste cijfers van het land – spelen een belangrijke rol. Alrun merkt ook dat automatisering en de komst van moderne havensystemen banen hebben doen verdwijnen; velen belanden daardoor in de criminaliteit. Persoonlijke tragedies illustreren dit: Alrun verloor meerdere leerlingen en een neef aan drugsgeweld.
Het geweld uit zich in een sterke stijging van moorden: tussen 2020 en 2023 nam het aantal moorden met ongeveer 53 procent toe; 2023 telde een record van 907 doden. De politie verwacht dat het lopende jaar opnieuw boven de 900 kan uitkomen. Randall Zuñiga, directeur van de onderzoekspolitie, wijst op structurele problemen: te weinig investeringen in politie en grensbewaking en gebrek aan preventie voor jongeren. “De regering investeert te weinig in de politiemacht,” zegt hij, en hij pleit voor betere grenscontroles en meer aandacht voor sociale opvang van jongeren.
Voor toeristen is het gevaar voorlopig beperkt; de gewelddadige confrontaties vinden hoofdzakelijk in arme stadswijken plaats en niet in de toeristische zones. Wel waarschuwen autoriteiten dat incidenten met verdwaalde kogels het imago van Costa Rica snel kunnen beschadigen. De combinatie van lucratieve drugstransitroutes, krachtige buitenlandse criminele netwerken en sociale kwetsbaarheid maakt dat het land vooralsnog kwetsbaar blijft en ingrijpende beleidsmaatregelen vereist om geweld en rekrutering van jongeren te keren.