Van stadswandeling tot bergtocht: zo bereken je alle afstanden in Google Maps
In dit artikel:
Google Maps en Google Earth bieden eenvoudige tools om afstanden, routes, oppervlakten en hoogteverschillen te meten — zowel op smartphone als op desktop — en inzicht in deze functies kan nuttig zijn voor wandelaars, fietsers, verkopers van zonnepanelen en gebruikers van robotmaaiers.
Afstanden meten in Google Maps
- Smartphone (Android/iPhone): zoek een plek, houd ingedrukt tot de rode pin verschijnt en veeg omhoog om “Afstand meten” te kiezen. Er verschijnt een zwart rondje met een stippellijn; sleep of tik om een tweede punt te bepalen en lees de afstand linksonder. Met “Punt toevoegen” bouw je een route met meerdere segmenten; telkens wordt de totale afstand onderaan weergegeven. Via “Ongedaan maken” verwijder je het laatst geplaatste punt, via het menu (drie puntjes) kies je “Wissen” om alle tussenpunten in één keer te verwijderen.
- Desktop/web: klik met de rechtermuisknop op het startpunt en kies “Afstand meten”. Klik vervolgens op extra punten; de totale afstand verschijnt onderaan. Je kunt met de rechtermuisknop metingen wissen.
Oppervlakte meten
- Op desktop: gebruik dezelfde meetfunctie en sluit een pad rond een perceel of dak. Zodra het pad gesloten is, toont Maps niet alleen de lengte maar ook de oppervlakte. Markeringen kun je later nog aanpassen door punten te verslepen voor nauwkeuriger resultaten.
Hoogtelijnen in Maps
- Hoogtecontouren verschijnen vooral in bergachtige gebieden. Schakel op desktop of mobiel via Lagen > Terrein en zoom in tot de contourlijnen en hoogtenummers zichtbaar worden; het juiste zoomniveau bepaalt of de cijfers verschijnen.
Google Earth (Pro, gratis)
- Voor gedetailleerdere metingen en een hoogteprofiel is Google Earth Pro geschikt (web-, mobiel- en desktopversies beschikbaar). Teken een pad met de liniaal of “Pad toevoegen”; elke klik zet een punt en toont afstandsinformatie. Met “Hoogteprofiel tonen” verschijnt onderaan een grafiek van hoogteverschillen; klikken in de grafiek markeert de corresponderende locatie op de kaart. Je kunt paden opslaan, naam en stijl instellen en de meeteenheid kiezen.
Vaatwasser: zout en glansspoelmiddel uitgelegd
- Waarom zout: Nederlands leidingwater bevat calcium en magnesium (hard water) die kalk veroorzaken. Vaatwaszout werkt in een ionenwisselaar om deze mineralen uit het water te halen, voorkomt witte aanslag en verkalking van element, sproeiarmen en filters.
- Waarom glansspoelmiddel: dit middel verlaagt de oppervlaktespanning van water waardoor druppels sneller weglopen, glazen mooier opdrogen en de droogtijd korter wordt.
- Wanneer bijvullen: moderne machines hebben waarschuwingslampjes; het zoutreservoir zit meestal onderin naast het filter, glansspoelmiddel vul je via een klepje in de deur. Gebruik speciaal vaatwaszout, geen keukenzout of afwasmiddel.
- All‑in‑one tabletten: veel tabletten bevatten zout, glansmiddel en reiniger. Bij zacht water (onder ~8 °dH) zijn die vaak voldoende; bij gemiddeld tot hard water is extra zout of glansmiddel soms nog nodig. Controleer de resultaten (strepen, blauwe waas) en stel doseringen in het vaatwasmenu in op basis van de lokale waterhardheid (informatie via je waterleverancier zoals Waternet of Vitens).
Praktisch advies: leer de meetfuncties van Maps/Earth gebruiken voor planning en meten, en controleer bij de vaatwasser regelmatig reservoirs en waterhardheidsinstelling om optimale prestaties en levensduur te behouden.