Van Houwelingen (FVD): Arbeidsmigranten zonder baan moeten Nederland verlaten
In dit artikel:
FVD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen diende in de Tweede Kamer een concreet voorstel in om arbeidsmigratie strikt terug te draaien: verblijf moet weer direct gekoppeld worden aan een arbeidsovereenkomst. „Wie naar Nederland komt om te werken, mag blijven zolang hij werkt,” zei hij, en bij werkverlies zou het verblijfsrecht automatisch vervallen. Het initiatief gaat in tegen de politiek-economische status quo en zet vooral werkgevers, uitzendbureaus en een deel van het regeringsblok (VVD, CDA, D66) onder druk.
Van Houwelingen wijst op maatschappelijke knelpunten: arbeidsmigratie is volgens hem uitgegroeid van tijdelijk personeel naar een doorlopende stroom die druk zet op woningvoorraad, zorg, onderwijs en gemeentebudgetten. Hij noemt uitzendbureaus en logistieke bedrijven als de grootste profiteurs, terwijl gemeenten, middeninkomens, Nederlandse werknemers en sociale samenhang de dupe zijn. Praktische maatregelen in zijn voorstel zijn onder meer: geen automatische toegang tot sociale voorzieningen voor tijdelijke arbeidsmigranten, behoud van de 30%-regeling (in tekst 25%) om bonafide werkgevers te blijven faciliteren, en terughoudendheid bij permanente vestiging via sociale zekerheid. De staat moet volgens hem weer bepalen wie het land binnenkomt, niet werkgevers.
Het voorstel raakt meerdere beleidsterreinen: woningmarkt, lonen, bijstand- en zorguitgaven en de soevereiniteit van het migratiebeleid. Van Houwelingen verwijst naar internationale voorbeelden waarin „geen werk = geen verblijf” de norm is en speelt in op brede publieke steun voor strengere regels (volgens CBS/SCP/Kieskompas). Ook politieke tegenstanders en enkele sociaal-democraten hebben zorgen geuit over de maatschappelijke kosten. Het plan breekt met het heersende narratief dat migratie per definitie verrijkend is en wil terug naar een tijdelijk, doelgericht model van arbeidsmigratie.