Van 'fatsoenspolitiek' tot 'luis in de pels van de macht'. Zo voeren partijen campagne
In dit artikel:
De verkiezingscampagne loopt op zijn einde en partijen voeren elk een eigen strategie om kiezers te overtuigen voor de stembus op 29 oktober. Thema’s die voortdurend terugkomen zijn migratie en asiel, de positie ten opzichte van religie en de islam, bestuurbaarheid, klimaat en defensie; daarnaast speelt mediagedrag en debatdeelname een grote rol bij het imago van lijsttrekkers.
PVV — Geert Wilders houdt vast aan zijn polariserende stijl: scherp tegen moslims en asielmigratie, weinig debatten en vooral zichtbaar op X, waar hij peilingen deelt en zijn boodschap verspreidt. De campagne gebruikt ook door AI vervaardigde beelden die moslims en mensen met een donkere huidskleur als dreiging suggereren. Ondanks een daling in de peilingen lijkt Wilders te beseffen dat zijn partij waarschijnlijk niet in een kabinet zal deelnemen, iets wat ook in recente debatten door tegenstanders werd benadrukt.
GroenLinks-PvdA — Frans Timmermans profileert zijn combinatie als het alternatieve, progressieve blok tegen wederom een rechts kabinet. De campagne legt nadruk op klassieke sociale thema’s en internationale ervaring als onderscheidend voordeel. Men rekent op laatste-minuutwinst bij zwevende kiezers, vooral onder vrouwen en mensen met een migratieachtergrond.
CDA — Henri Bontenbal boekte na de nederlaag van 2023 onverwachte heropleving door te hameren op fatsoen en bestuurbaarheid. Zijn groei stokte echter na een omstreden uitspraak over vrijheid van onderwijs, waarbij hij stelde dat orthodox-christelijke scholen homoseksuele relaties mogen afwijzen; hij bood later zijn excuses aan. In de peilingen is het CDA sindsdien teruggezakt.
D66 — Rob Jetten voert een optimistische, verbindende campagne onder het motto ‘Het kan wél’. D66 wil het imago van elitarisme afschudden en zoekt actief contact met uiteenlopende groepen. Jettens deelname aan een tv-debat als vervanger van Wilders leverde de partij waardering op. D66 houdt zich niet vast aan voorkeurscoalities, wat enerzijds aantrekkelijk is maar voor anderen kleurloos kan overkomen.
VVD — De liberale campagne verliep stroef: uitglijders van lijsttrekker Dilan Yesilgöz en interne onzekerheid hebben de partij kwetsbaar gemaakt. De VVD probeerde klassieke thema’s als economie en veiligheid te benadrukken, maar belandde opnieuw in de asieldiscussie die kiezers naar de PVV joeg in 2023. De partij zoekt nu naar een balans tussen middenkiezers en het rechtse electorale veld.
NSC — Eddy van Hijum ontbreekt vaak in debatten door slechte peilingen en moet zijn samenwerking met de PVV uitleggen. Zijn boodschap ‘Luis in de pels van de macht’ krijgt weinig media-aandacht; hij probeert via een open brief andere lijsttrekkers op hun fouten te wijzen.
Uiterst-rechts blok — Binnen het brede extreemrechtse spectrum zijn er verschillen. Ja21 (Joost Eerdmans) legt net als de PVV een zware nadruk op asiel, maar combineert dit met een radicaal economisch programma en wil bijvoorbeeld de Groningse gaswinning hervatten. Forum voor Democratie koos voor Lidewij de Vos als gezicht om beter in de media te komen; programmatisch blijft de partij dicht bij Thierry Baudet.
BBB — De BoerBurgerBeweging probeert te claimen dat zij wél heeft geleverd in het kabinet en positioneert zich als realistischer alternatief voor streng asielbeleid dan de PVV, met het doel om wél in bestuur te kunnen deelnemen. Desondanks is overtuigdheid onder kiezers nog beperkt.
SP — De socialisten profileren zich tegen verdere verhoging van defensie-uitgaven, een afwijkende positie nu veel partijen zich schikken naar hogere NATO-richtlijnen. De SP scherpt ook migratieregels aan in haar programma, met aandacht voor beperking van arbeidsmigratie.
PvdD — De Partij voor de Dieren houdt de klimaat- en dierenzaak centraal. Interne onrust (het opstappen van senator Niko Koffeman) versterkte de roep om de focus op kernpunten te houden; de partij ziet klimaatbeleid als haar bestaansrecht en wil dat benadrukken om kiezers te binden.
ChristenUnie — Mirjam Bikker oogst lof voor haar deskundige en constructieve houding, maar de partij worstelt met positionering: kiezers vertrekken deels naar SGP of CDA, die meer duidelijkheid of conservatievere christelijke stellingnames lijken te bieden.
Denk — Stephan van Baarle profiteerde kort van aandacht door de Gaza-oorlog en zet aanhoudend in op thema’s als racisme en discriminatie. Denk heeft een stabiele achterban en houdt vast aan een beperkt zetelaantal in de peilingen.
SGP — Chris Stoffer voert een steeds scherpere campagne met pittige boodschappen over abortus en een strengere Israëlpositie; dat leverde kritiek en lijkt de beoogde vierde zetel te hebben gekost door concurrentie van CDA.
Volt — De pan-Europese nieuwkomer blijft profileren als vernieuwer met een jong, activistisch imago. Zonder veel debatoptredens richt Volt zich op social media en zoekt vernieuwing van het systeem.
Kort samengevat: de campagne draait vooral om asiel en immigratie, bestuurbaarheid en identiteit, met PVV als polariserende kracht die veel aandacht trekt maar waarschijnlijk buiten kabinet blijft. Centrumpartijen willen vertrouwen en degelijkheid uitstralen; nieuwe en kleinere partijen proberen niche-thema’s of vernieuwing te benadrukken. De slotfase en debatten zullen bepalen of laatste-minuutkiezers richting geven aan de uiteindelijke zetelverdeling.