Van Amersfoort kneedt al vijftig jaar aan racetalent, van Verstappen tot Colapinto
In dit artikel:
In Zeewolde viert Van Amersfoort Racing dit jaar zijn vijftigste verjaardag: een kleine, invloedrijke opleidingsstal die al decennia tal van coureurs klaarmaakt voor hogere klassen. Oprichter Frits van Amersfoort bouwde het team uit tot een springplank voor jong talent; vijf van de twintig huidige Formule‑1‑coureurs reden ooit voor zijn team in hun jeugdjaren — Max Verstappen, Charles Leclerc, Oliver Bearman, Franco Colapinto en Liam Lawson.
Het jubileum draaide vanzelfsprekend om die grote namen, maar het verhaal gaat verder dan succes aan de top. Van Amersfoort benadrukt dat uitzonderlijk talent vaak weinig bijsturing nodig heeft (“Aan dat soort toptalent heb je als opleider het minste werk”), terwijl het echte vakmanschap ligt in het stap voor stap ontwikkelen van rijders die nog niet uitblinken. Uit de stal kwamen ook coureurs als Jos Verstappen, Kevin Magnussen, Mick Schumacher en Renger van der Zande.
Van Amersfoort zelf is geen ex‑coureur maar een man van de werkplaats: “Ik ben tussen de benzine geboren,” zegt hij over zijn jeugd in de garage van zijn vader. De eerste stappen richting racen begonnen toen buurtgenoot Huub Rothengatter zijn wagentje liet spuiten in hun garage; daarna raakte Van Amersfoort definitief besmet met de autosportwereld.
De startjaren waren soberder dan het glamoureuze beeld van de Formule 1 doet vermoeden. Financiële improvisatie, slapeloze nachten en persoonlijke risico’s waren nodig om het team draaiende te houden. Pas toen rijders uit zijn team doorbraken in de Formule‑1 kwam de bredere erkenning en trok succes meer sponsoren en talenten aan: “Mensen willen bij winnaars horen,” zegt hij.
Interessant is dat Van Amersfoort zelf niet veel geeft om de F1‑industrie; hij voelt zich meer thuis in Formule 2 en 3, waar volgens hem het pure racen nog overheerst. Of zijn team of de autosport de komende vijftig jaar zal overleven, durft hij niet te voorspellen; de wereld verandert snel, en de sport zal er ongetwijfeld anders uitzien. Wat blijft, is het belang van lokale opleidingsplekken als Van Amersfoort Racing voor de toekomst van de autosport.