Uitgaven gezondheids- en welzijnszorg stegen met 8,9 procent in 2024

woensdag, 8 oktober 2025 (06:30) - CBS

In dit artikel:

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldt dat Nederland in 2024 aanzienlijk meer uitgaf aan gezondheids- en welzijnszorg (inclusief kinderopvang): de kosten stegen met 8,9 procent tot 155 miljard euro. Dat was sneller dan de economische groei, waardoor het aandeel van deze uitgaven in het bruto binnenlands product opliep van 13,5 naar 13,8 procent.

De grootste procentuele stijging deed zich voor bij jeugdzorg, opvang en overige welzijnsdiensten: die post nam met 14,9 procent toe van 23,6 naar 27,1 miljard euro. Belangrijke oorzaken zijn hogere kosten voor de opvang van asielzoekers en extra bestedingen aan jeugdzorg en kinderopvang. Ook de tarieven in de sector waren hoger: prijzen binnen gezondheids- en welzijnszorg stegen met 6,4 procent.

Op werkgelegenheid sloeg de groei door; het aantal voltijdsbanen nam in Q4 2024 ten opzichte van Q4 2023 met 2 procent toe, maar in de jeugdzorg en het sociaal werk respectievelijk met 6 en 7 procent. Per Nederlander werd vorig jaar gemiddeld 8.610 euro aan zorg besteed, 654 euro meer dan in 2023. Financiering kwam van overheid, Wlz (Wet langdurige zorg), Zvw (Zorgverzekeringswet), aanvullende verzekeringen, eigen betalingen, bedrijven en buitenlandse bijdragen.

Specifieke financieringsontwikkelingen: de overheid gaf per persoon 189 euro meer uit (plus 10,3%), Zvw-uitgaven stegen met 215 euro (7,0%) en Wlz-uitgaven met 174 euro (10,1%). Binnen de Wlz nam zorg aan huis veel sneller toe dan intramurale zorg (20,1% tegen 9,8%), al blijven de uitgaven voor zorg in instellingen ongeveer vier keer zo hoog in absolute zin.

Internationaal gebruikt men een smallere definitie van gezondheidszorg; volgens die maatstaf groeiden de uitgaven in 2024 met 7,9%. Onderdelen die buiten die definitie vallen — zoals welzijnswerk, kinderopvang, grote delen van de jeugdzorg, maatschappelijke opvang en een deel van langdurige zorg — stegen met 11,9% en droegen daarmee extra bij aan de hogere totale groei.