Tweedehands kledingwinkels zitten in de lift: 'Fast fashion, van webwinkels als Shein en Temu groeiend probleem'

In dit artikel:

Het aantal winkels dat uitsluitend of hoofdzakelijk tweedehandskleding verkoopt is de afgelopen jaren duidelijk toegenomen, blijkt uit cijfers van de Kamer van Koophandel. Begin 2013 stonden 516 “vintage”-zaken geregistreerd; in juli van dit jaar waren dat er 723. Noord‑Holland telt met 155 winkels de meeste, gevolgd door Zuid‑Holland (124); Flevoland heeft met vijf locaties het minst.

Kringloopwinkels — winkels die naast kleding ook andere tweedehandsgoederen verkopen en waarbij kleding minder dan de helft van de omzet uitmaakt — vertonen een ander patroon. Hun aantal nam tussen 2013 en 2017 toe (van 1.841 naar 2.063) maar lag begin dit jaar op 1.813. Brancheorganisatie Kringloop Nederland spreekt van stabilisering en zegt dat hun leden vaak de grotere vestigingen zijn; bij die winkels groeit de oppervlakte en textiel vormt gemiddeld zo’n 28% van de omzet.

Voor ondernemers betekent de verschuiving ook een verplaatsing naar beter zichtbare A-locaties in stadscentra om een nieuw publiek te bereiken. Voorbeelden zijn Owned By You in het centrum van Rotterdam en Mode &zo in Dordrecht. Tegelijk waarschuwen ondernemers voor de opkomst van goedkope fast‑fashionwebwinkels (zoals Shein en Temu): die kleding heeft vaak zo’n lage kwaliteit dat recycling en hergebruik bemoeilijkt worden, wat een uitdaging vormt voor de circulaire kledingmarkt.