Trump-aanklager Letitia James vervolgd voor fraude

In dit artikel:

Letitia James, de procureur‑generaal van New York die eerder met succes een civiele zaak tegen Donald Trump voerde, is door een grand jury in Virginia aangeklaagd voor hypotheekfraude. Het onderzoek liep sinds mei en betreft de vermeende hulp die James in 2023 zou hebben geboden aan een nicht bij de aankoop van een huis in Norfolk; volgens de aanklacht zouden daarbij documenten zijn vervalst om een hypotheek rond te krijgen. De aanklacht werd ingediend op aanwijzing van aanklager Lindsey Halligan, die door president Trump is aangesteld, en noemt onder meer bankfraude en het afleggen van een valse verklaring tegenover een kredietinstelling.

De zaak speelt zich af tegen een scherp politiek achtergrond: James wordt gezien als een uitgesproken tegenstander van Trump en had hem, zijn zonen en zakenpartners aangesproken wegens het kunstmatig opblazen van vastgoedwaarden. Trump noemde de eerdere vervolgingen een "heksenjacht" en bekritiseerde James publiekelijk. James zelf bestempelt de nieuwe beschuldigingen als "ongegrond" en spreekt van "politieke vergelding", en waarschuwt voor een aantasting van de constitutionele orde. De aanklacht verscherpt daarmee de juridische en politieke confrontatie tussen Trump en zijn critici en zal naar verwachting leiden tot een langdurig rechtsproces.