Tot 475.000 euro aan Vlaamse subsidies om game te maken: godsgeschenk of "peanuts"?

zaterdag, 23 augustus 2025 (12:35) - VRT Nieuws

In dit artikel:

Vlaamse gamestudio’s op Gamescom in Keulen zijn geholpen met beursplaatsen en ontwikkelingssteun van het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF), maar lopen uiteen in hun oordeel over of die steun voldoende is om door te breken in een wereldwijde miljardenindustrie. In de Indie Arena Booth bedanken meerdere onafhankelijke ontwikkelaars het VAF voor de mogelijkheid om hun games internationaal te tonen; het fonds betaalde ook de infrastructuur en verstrekte subsidies om projecten verder te ontwikkelen.

Het VAF verleent via het Gamefonds financiële steun voor ontwikkeling en promotie van games: maximaal 400.000 euro per project voor ontwikkeling, plus tot 75.000 euro voor promotie (totaal dus maximaal 475.000 euro). Projectleider Christophe De Bont licht het aanvraagproces toe en legt uit dat steun in verschillende ontwikkelingsfasen kan worden aangevraagd. Voor startende studio’s betekent zo’n subsidie vaak een belangrijk duwtje vooruit; voorbeelden uit Keulen zijn Anaxanthia (debutspel Last 4 Days) en Bolt Blaster Games (van Gazzlers naar The Spell Brigade), die aangeven te groeien dankzij die middelen.

Tegelijkertijd tonen grotere projecten hoe relatief beperkt die bedragen kunnen zijn. Cognition Europe uit Gent kreeg 350.000 euro voor hun debuut Lunar Strike, dat tijdens Gamescom gepresenteerd werd. De studio — een dochter van een Amerikaanse groep — werkte drie jaar aan het spel, met totale kosten van meer dan 5 miljoen euro; de VAF-bijdrage is duidelijk minder dan 10% van dat budget. CEO Jan Goossens waardeert de erkenning, maar wijst ook op hoge loonkosten in België als een struikelblok voor productie-uitgaven, ondanks dat lokaal talent en opleidingen (Howest, Luca) sterk worden genoemd.

Critici, zoals sound designer Jef Aerts (ex-Ubisoft), vinden de subsidies veel te laag. Aerts verhuisde uit Vlaanderen omdat studio’s hier volgens hem geen budget hebben voor specialistische functies zoals sound design; ontwikkelaars zouden vaker terugvallen op gratis geluidsbibliotheken. Hij vergelijkt bedragen als "peanuts" tegenover wat nodig is om competitief te zijn op wereldschaal en trekt ook een vergelijking met de filmsector, waar per-projectsubsidies vaak hoger lijken.

Het VAF nuanceert die kritiek: het jaarbudget voor gamescreatie bedraagt ongeveer 1,7 miljoen euro, waardoor het onverantwoord zou zijn om veel grotere bedragen in één project te steken omdat men meerdere studio’s wil blijven ondersteunen. CEO Karla Puttemans wijst erop dat filmsubsidies historisch gegroeid zijn en dat het Filmfonds veel langer bestaat; in absolute cijfers kreeg de Vlaamse filmsector recent veel meer steun (bijna 13 miljoen euro via het Filmfonds) dan games (ongeveer 3 miljoen euro voor creatie en promotie). Per-projectplafonds verschillen bovendien per audiovisueel format (kortfilm, documentaire, bioscoopfilm). Puttemans erkent dat zowel games als film en media een groeipad nodig hebben, maar benadrukt dat verhoging van steun alleen kan als het totale jaarbudget stijgt.

Kort samengevat: Vlaamse ontwikkelaars appreciëren de zichtbaarheid en de relatieve steun van het VAF, maar ervaren die steun vaak als ontoereikend tegenover de echte kosten en concurrentie op internationale markten. Het VAF pleit voor spreiding van middelen en voorzichtig budgetbeheer, en zegt dat substantiële verhoging van individuele subsidies pas mogelijk is bij een structurele verhoging van het beschikbare budget.