Thom de Graaf stopt in zomer 2026 na acht jaar als vicevoorzitter Raad van State

In dit artikel:

Thom de Graaf vertrekt op 1 juli volgend jaar als vicevoorzitter van de Raad van State, na bijna acht jaar in het ambt. Hij noemt persoonlijke redenen voor zijn vertrek en had wettelijk gezien nog een jaar kunnen blijven omdat de grens voor zijn functie zeventig is; bij afscheid is hij 69. De Graaf trad in 2018 aan als dagelijks leider van het adviescollege en hoogste bestuursrechter, een positie waarbij de koning formeel voorzitter is maar die functie vooral ceremonieel blijft.

In de komende maanden stemmen regering en Raad van State de opvolging af. De ministerraad doet een voordracht; de benoeming volgt bij koninklijk besluit. De Raad van State speelt twee cruciale rollen: het geeft adviezen over wetsvoorstellen aan het kabinet en fungeert als hoogste instantie in bestuursrechtspraak.

De Graaf neemt afscheid met de intentie actief te blijven in het publieke domein, maar met meer vrijheid en flexibiliteit dan het functiebezit toestond. Zijn vertrek sluit een lange loopbaan in politiek en bestuur af: onder meer D66-Kamerlid (vanaf 1994, negen jaar), vicepremier en minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties (2003–2005), vijf jaar burgemeester van Nijmegen en zeven jaar lid van de Eerste Kamer. Zijn opvolging moet de continuïteit waarborgen van advies en rechtspraak op het hoogste bestuursniveau.