Thierry Baudet: "De linkse elite misbruikt de rechtsstaat om macht te behouden"
In dit artikel:
Thierry Baudet reageerde recent op X (voorheen Twitter) op een NRC-column van Floor Rusman en gebruikt die aanleiding om zijn kritiek op het hedendaagse gebruik van het begrip “rechtsstaat” scherp uiteen te zetten. Volgens hem zijn er twee uiteenlopende interpretaties in omloop: de klassieke, procedurele rechtsstaat — heldere wetten, vooraf vastgestelde regels en bescherming tegen willekeur — en een nieuwe, politiek geladen variant die door een bestuurlijke elite als instrument wordt ingezet.
Baudet betoogt dat die moderne interpretatie is verworden tot een retorisch schild waarmee vooral een linkse elite politieke tegenstanders de mond snoert en democratische uitslagen blokkeert. Hij beschuldigt topinstellingen zoals de Hoge Raad, de Raad van State en delen van de academische wereld ervan steeds meer als machtsmiddelen te functioneren in plaats van neutrale hoeders van rechtsregels. Wanneer een democratische meerderheid afwijkende beleidskeuzes wil maken — bijvoorbeeld op thema’s als migratie, klimaat of identiteit — zouden deze groepen volgens hem “de rechtsstaat” inroepen om veranderingen tegen te houden. Hij noemt dit het optreden van “slechte verliezers”.
Centraal in zijn kritiek staat de stelling dat rechtsstatelijke argumenten niet neutraal kunnen beslissen welke minderheden beschermd moeten worden of welke wetten “te ver” gaan; zulke keuzes zijn volgens hem onontkoombaar politiek. De rechtsstaat moet volgens Baudet daarom primair functioneren als instrument tegen willekeur, niet als moreel of ideologisch kompas dat bepaalde waarden of groepen bij voorbaat beschermt. Hij waarschuwt dat het opvoeren van politieke waarden als onderdeel van de rechtsstaat het begrip zelf uitholt: door het met ideologie te overladen wordt het onstabiel en verliest het zijn beschermende functie.
Baudet pleit voor een terugkeer naar de procedurele inslag: wetten die duidelijk, voorspelbaar en voor iedereen gelijk toepasbaar zijn — ongeacht of een land monarchie, democratie of een staatsgodsdienst heeft. Hij benadrukt ook het belang van taal en definities: wie sleutelbegrippen zoals “democratie” en “rechtsstaat” naar zich toetrekt, bepaalt de spelregels van het publieke debat en kan daarmee macht consolideren.
Kort samengevat formuleert Baudet een politieke waarschuwing: het instrumentaliseren van rechtsstatelijke taal door bestuurlijke elites bedreigt volgens hem de democratische legitimiteit van besluiten en kan leiden tot een systeem waarin juridische instituties politiek worden ingezet in plaats van dat ze neutraal en procedureel functioneren.