Terugkeer van de torenvalken

In dit artikel:

In 2024 plaatsten Roy en Kelly in een park een zelfgemaakte torenvalkkast; dat jaar bracht die al drie jongen voort (Pien, Fred en Eppo). In 2025 keerde het paar Jane (vrouw) en Tommy (man) terug en domineerden zij vanaf half maart het park: eerst op jacht, eind maart parend in een geknotte wilg vlakbij de kast. De komst van een nieuwbouwwijk en veel belangstelling van wandelaars zorgden voor extra reuring, maar het koppel bleef komen.

Kort zicht op ruzie om de paal: ooievaars namen de paal weer in en maakten het even onrustig voor de valken; later vestigden nijlganzen zich erop en wisselden die beurtelings hun broedtaken. Ondanks die burenstress bleek Jane in de kast inmiddels vijf eieren te hebben gelegd — een inspectie met een GoPro bevestigde dat.

De eieren kwamen uit en Jane en Tommy voedden de jongen vrijwel continu met muizen. Op 14 juni kwamen ringers (Fred en Hans van Vogelbescherming/Sovon) de jonge valken ringen; Roy haalde de jongen uit de kast zodat ze gewogen en gemeten konden worden. Twee van de vijf eieren waren verdwenen; er bleven drie levendige jongen over, duidelijk zwaarder en sterker dan de jongen van het voorgaande jaar — een effect van een uitzonderlijk goed muizenjaar. Voor onderzoek werd ook materiaal afgenomen op vogelgriep.

De drie jonge torenvalken kregen wetenschappelijke namen: Marie (Marie Curie), Albert E. (Albert Einstein) en Keppler (Johannes Kepler). Roy en Kelly waren even op vakantie en misten daardoor de eerste vlieglessen, maar ontvingen updates van medegeïnteresseerden. Bij terugkomst op 14 juli zagen ze Marie al op de kast zitten; kort daarna kwamen Albert E. en Keppler erbij. Rond zonsondergang op een zondag zaten de drie nog samen op hun vaste plekje, maar de volgende dag draaide de wind en vlogen ze weg — uitgevlogen de wijde wereld in.

Belangrijke feiten: nestkast in park (2024 geplaatst), koppel Jane en Tommy broedt voorjaar–zomer 2025, vijf eieren gelegd, drie jongen succesvol grootgebracht en geringd in juni, vogelgriepmonsters afgenomen, uitvliegen midden-juli. De terugkeer en het broedsucces trokken veel lokale belangstelling en illustreren hoe nestkasten en een goede muizenstand stadsnatuur kunnen ondersteunen.