Tegenslag voor Huawei thuis en in Spanje

In dit artikel:

Huawei lijkt in stilte minder spectaculair te presteren dan het eigen retoriek suggereerde en loopt tegelijk tegen geopolitieke consequenties aan via klanten. Bloomberg en andere media die Chinese documenten vertaalden melden dat Huawei in de eerste zes maanden van het lopende kalenderjaar een omzet noteerde die ongeveer 4% hoger lag dan een jaar eerder, maar dat die groei verre van robuust is: andere omzetcijfers tonen een forse daling van circa 32% vergeleken met voorgaande periodes. Analisten wijzen vooral naar zwakke verkoop in de smartphonemarkt als oorzaak; mogelijke boekhoudkundige effecten (zoals vervroegde omzetboeking of massale inruilacties) kunnen de cijfers ook vertekenen. Voor een niet-beursgenoteerd bedrijf als Huawei blijft het verzamelen en verifiëren van betrouwbare financiële informatie lastiger.

Tegelijkertijd tast de politieke gevoeligheid rond Huawei het zakelijke ecosysteem aan. De Spaanse federale overheid trok recent een aanbesteding van meer dan 10 miljoen euro terug die Telefónica had gewonnen, omdat de aanbieder voor overheids-glasvezelapparatuur nog hardware van Huawei gebruikt. Madrid kwalificeert dat positie als een risico voor de nationale veiligheid. Het gaat hier niet om 5G-coreapparatuur; voor dat onderdeel volgt Telefónica volgens de Europese aanbevelingen een uitrolvrije planning die uiterlijk in 2030 moet leiden tot het verwijderen van risicovolle leveranciers.

De directe imagoschade treft vooral Telefónica als leverancier, maar ook Huawei ondervindt reputatieschade doordat zulke publieke stappen de boodschap van innovatie en veerkracht ondermijnen. De combinatie van minder overtuigende cijfers, beperktere mediaprestatie dan voorheen en toenemende overheidsbeperkingen in Europa versterkt de vraagtekens rond de positie van Huawei in zowel consumentenmarkten (smartphones) als in kritieke telecominfrastructuur (fiber en 5G).