Strafproces van start tegen extreemlinkse terreurgroep in Dresden

In dit artikel:

Volgende week start in Dresden een omvangrijk proces tegen meerdere vermeende leden van de zogenoemde Hammerbande, een extreemlinkse actiegroep die sinds 2018 volgens justitie gecoördineerde, gewelddadige aanvallen in Duitsland en Hongarije uitvoerde. De hoofdverdachten Johann Guntermann en Paul M. verschijnen als centrale figuren; het Openbaar Ministerie beschuldigt hen van onder meer poging tot moord, deelname aan een criminele organisatie en een reeks zware geweldsdelicten.

Aanklagers stellen dat leden van de groep op straat willekeurige voorbijgangers sloegen met hamers, uitschuifbare stokken en andere harde voorwerpen; meerdere slachtoffers raakten zwaar, soms levensgevaarlijk gewond. Een oud-lid, Johannes Domhöver, getuigde dat de organisatie werkte met strak geplande “projecten” en snelle “exit-acties” rond demonstraties en dat het doel was om “enorme en blijvende verwondingen” toe te brengen.

In juni werden nog zeven vermoedelijke leden aangeklaagd, waarmee het dossier verder werd uitgebreid. Onderzoekers worstelen met het feit dat de groep volgens justitie in losse cellen en via afgeschermde communicatiemiddelen opereerde. De zaak heeft ook een Europese dimensie: de Italiaanse europarlementariër Ilaria Salis wordt in Hongarije verdacht van betrokkenheid bij hameraanvallen in februari 2023, maar haar verkiezing leverde haar parlementaire immuniteit op; het Europees Parlement stemde in oktober voor het behoud daarvan, waardoor vervolging voorlopig stilvalt.

Het proces in Dresden wordt gezien als een belangrijke toets voor hoe Duitsland politiek geweld van extreemlinks juridisch aanpakt; de zittingen zullen maanden duren en bieden slachtoffers de eerste kans om in de rechtbank hun verhaal te doen.