Straf voor verdachten in ontvoeringszaak Insiya definitief
In dit artikel:
De Hoge Raad heeft beslist dat de zaak tegen vijf verdachten van de ontvoering van peuter Insiya niet over hoeft; de opgelegde straffen blijven definitief. De hoogste rechter volgt daarmee het eerder door de advocaat‑generaal in juli gegeven advies.
Op 29 september 2016 werd de toen 2‑jarige Insiya met geweld uit het huis van haar oma in de Amsterdamse Watergraafsmeer weggehaald. Volgens justitie was het een zorgvuldig geplande ontvoering: haar vader, hoofdverdachte Shehzad H., schakelde een internationaal team in en bracht het meisje naar India, waar zij — inmiddels 11 jaar oud — nog altijd verblijft. H. kreeg in hoger beroep in mei 2024 een gevangenisstraf van 8,5 jaar; zes medeverdachten kregen straffen tot ruim vier jaar. Een aantal verdachten, waaronder H.’s neef Imran S., wordt in India gezocht en werd bij verstek berecht omdat India uitlevering weigerde.
H. had cassatie gevraagd omdat hij vond dat het hoger beroep geen eerlijk proces was: hij kon niet deelnemen via een videoverbinding en bleef weg vanwege een arrestatiebevel. De Hoge Raad oordeelt dat het hof die beslissing mocht nemen en ziet geen grond voor herziening van de zaak.