Stem op 29 oktober voor Deens asielbeleid en win 19 miljard euro

zaterdag, 13 september 2025 (05:55) - Wynia's Week

In dit artikel:

De auteur betoogt dat het verscherpte Deense asielbeleid sinds 2018 Nederland economisch veel voordeel heeft opgeleverd ten opzichte van het huidige Nederlandse beleid, en schat het verschil voor een kabinetsperiode op maximaal circa 19 miljard euro extra kosten (of gemiste opbrengsten) in het vierde jaar. De kern van de berekening: sinds 2018 groeit de Deense economie jaarlijks ongeveer 1 procentpunt harder per hoofd van de bevolking dan de Nederlandse, waardoor over vier jaar een cumulatief verlies van rond de vier procentpunten ontstaat. Omdat de overheid ongeveer 44% van de economie uitmaakt, vertaalt die lagere groei zich in fors minder belastinginkomsten. Concreet rekent de auteur uit dat er in totaal zo’n 49 miljard euro minder binnenkomt in vier jaar (opgebouwd als circa 5 miljard in 2027, 10 miljard in 2028, 15 miljard in 2029 en 19 miljard in 2030), vergeleken met een spoor dat het Deense asielmodel volgt.

Als alternatieve voorbeelden noemt de schrijver Polen (dat ook restrictiever optreedt) en Duitsland, waarbij hij betoogt dat beleidskeuzes rond asieldiensten lange economische effecten kunnen hebben. Tegenstanders van het pessimistische scenario moeten volgens hem eerlijk zijn: wie vasthoudt aan een ruim asielbeleid kiest feitelijk tussen hogere belastingen of forse bezuinigingen op zorg, politie, openbaar vervoer, woningbouw en investeringen in energier&ing;onderzoek.

Verder levert de auteur kritiek op het Centraal Planbureau (CPB). Het CPB-modellering hanteert vaste productiviteitstrends en houdt wel rekening met directe overheidsuitgaven voor opvang en extra politie, maar negeert diepere en indirecte maatschappelijke gevolgen van grote aantallen asielzoekers. Vier concrete effecten die volgens hem buiten beeld blijven:
- lagere arbeidsdeelname van vrouwelijke partners van asielzoekers, waardoor gewerkte uren en productiviteit afnemen;
- hogere private beveiligingskosten voor ondernemers dicht bij opvanglocaties, een maatschappelijke schadepost die niet in overheidscijfers opduikt;
- extra onderwijsinspanningen en vooral een mogelijke daling van leerprestaties voor leerlingen, met langdurige nadelige effecten op menselijk kapitaal en toekomstige welvaart;
- druk op de woningmarkt, die eveneens niet volledig in CPB-doorrekeningen terugkomt.

De conclusie is dat CPB-doorrekeningen nuttig zijn om begrotingstekorten te signaleren bij enthousiasme voor extra uitgaven en belastingverlagingen, maar dat ze misleidend zijn wanneer ze het bredere, langetermijneffect van migratie en integratie op productiviteit en maatschappelijke kosten negeren. De auteur pleit impliciet voor een meer realistische beleidsafweging waarbij de economische consequenties van asielbeleid expliciet worden meegenomen bij politieke keuzes na de verkiezingen (verwijzing naar 29 oktober).