Sportapps en wearables ongekend populair: wat doet dat met ons?

zaterdag, 18 oktober 2025 (12:02) - NOS Nieuws

In dit artikel:

De sportapp Strava bereidt zich deze week voor op een beursgang in New York, wat de groeiende waarde van sporttechnologie onderstreept. Sinds de coronapandemie is het gebruik van wearables en sportapps hard toegenomen; Nederlanders gaven vorig jaar ongeveer 700 miljoen euro uit aan sportuitrusting (Multiscope). Meer dan de helft van de bevolking gebruikt meetapparatuur of apps om prestaties en activiteiten bij te houden.

Onderzoekers vinden dat de meeste apparaten betrouwbaar genoeg zijn voor het registreren van sportactiviteit, maar minder accuraat bij metingen als slaapkwaliteit. Sportpsycholoog Frans Folkvord waarschuwt dat het vertrouwen in de hardware vaak groter is dan de wetenschappelijke onderbouwing. Toch stimuleert zelfmonitoring mensen om gezondere keuzes te maken en geeft het gevoel van meer regie over de levensstijl.

Dat voordeel kent ook schaduwkanten: delen van data op sociale media creëert sociale druk en competitie. Volgens onderzoeksinstituut Mulier vergelijkt één op de tien sporters prestaties met anderen; likes en reacties beïnvloeden motivatie en maken gebruikers afhankelijk van externe waardering. Deze dynamiek leidt soms tot verklaringen op sociale media wanneer resultaten tegenvallen, en kan uitmonden in een ratrace om steeds betere cijfers. Onderzoekers signaleren zelfs een nieuw verdienmodel waarbij lopers tegen betaling iemand anders laten “mee-registreren” om snellere tijden te laten zien.

Gamificatie — elementen als ranglijsten en beloningen voor het snelste traject — versterkt het competitieve gevoel en werkt vooral motiverend voor beginners. Hoe lang iemand een wearable blijft gebruiken, hangt sterk af van de motivatie: apparaten fungeren vaak als tijdelijke impuls (vergelijkbaar met goede voornemens), maar als gebruik voortkomt uit groepsdruk kan het onderdeel van iemands sociale identiteit worden.

Praktijkvoorbeelden illustreren deze dynamieken. Atleet Julian Westerbaan (28) en sportliefhebber Lars Wever (22) checken direct na het opstaan hun apps; slechte herstelcijfers beïnvloeden hun daggevoel. Wever beschrijft hoe negatieve verwachtingen zichzelf konden waarmaken — hij overtrainde ondanks onzichtbare signalen in de meetdata en zocht medische hulp. Beide gebruiken de technologie nu meer als globale gezondheidsindicator en benadrukken: “Luister naar je lichaam; de tools zijn ondersteunend, niet leidend.”

Experts benadrukken tenslotte het belang van gemeenschap: samen sporten, elkaar motiveren en plezier maken blijken cruciaal voor duurzame gedragsverandering. Westerbaan zegt daardoor meer tijd op Strava door te brengen dan op Instagram en ervaart het lidmaatschap van zijn groep als leerzaam en motiverend.