Spaargeld van Nederlanders neemt in rap tempo toe: dit is hoeveel er in totaal op de rekeningen staat

In dit artikel:

Het spaargeld van Nederlandse huishoudens blijft sterk groeien, met een recordbedrag van €429 miljard op vrij opneembare spaarrekeningen in juni, een stijging van bijna 10% ten opzichte van het voorgaande jaar. Wanneer ook spaardeposito’s en betaalrekeningen worden meegerekend, bedraagt het totale vermogen zelfs ruim €626 miljard, exclusief tegoeden bij buitenlandse banken. Deze groei doet denken aan het gedrag tijdens de kredietcrisis, toen consumenten uit voorzorg massaal overstapten van beleggingen naar sparen.

Opvallend is dat het geld op betaalrekeningen juist afneemt, van €116 miljard een jaar geleden naar €111 miljard in juni, terwijl het in 2021 nog piekte op €133,5 miljard. Hoogleraar Harald Benink legt uit dat Nederlanders rentebewuster zijn geworden en hierdoor vaker geld verplaatsen van betaal- naar spaarrekeningen, omdat de spaarrente hoger is. Vooral ouderen moeten volgens hem voorzichtig omgaan met hun geld, omdat zij meer risico lopen op fraude bij betaalrekeningen en spaardeposito’s vanwege vastzetting en hogere rente veiliger zijn.

Toch waarschuwt Benink dat sparen door de huidige inflatieprijs effectief geld kan kosten. Met een inflatie van 3% en een spaarrente van 1,25% daalt de koopkracht. Hij adviseert daarom om op lange termijn een gespreide aandelenportefeuille aan te houden, ondanks dat veel Nederlanders van nature risicomijdend zijn. Dit risicomijdende gedrag beperkt niet alleen de financiële groei van huishoudens, maar ook de toegang tot kapitaal voor bedrijven, vooral startups die vaak naar de VS moeten uitwijken.

De Europese Commissie wil deze situatie veranderen door consumenten meer richting beleggen te stimuleren, om zo zowel individueel rendement als economische groei te bevorderen. Harmonisatie van beleggingsmarkten blijft echter complex door het behoud van nationale toezichthouders binnen de EU, waardoor een uniforme aanpak lastig is.