Schrijver Jussi Adler-Olsen is ziek, maar de man achter 'Dept. Q' laat zijn wereldhit nog niet rusten

dinsdag, 23 september 2025 (20:13) - Dagblad van het Noorden

In dit artikel:

Department Q is in Denemarken bijna cultureel erfgoed en in Nederland al jaren populair, maar sinds de Netflix-serie heeft de Kopenhagen-thrillerreeks van Jussi Adler-Olsen wereldwijd doorgebroken. De 75-jarige schrijver geniet daarvan, maar die internationale doorbraak speelt zich af terwijl hij ernstig ziek is — zijn woorden: „Ik word niet meer beter.”

Adler-Olsens bekende coldcaseteam krijgt met deel 11, Dode zielen zingen niet, een nieuwe schrijfvorm: het boek is niet alleen van hem, maar geschreven samen met twee Deense misdaadjournalisten, Stine Bolther en Line Holm. Het trio presenteerde zich onlangs in Amsterdam; de samenwerking was al begonnen vóór Adler-Olsens ziekte en is ingegeven door zijn wens meer tijd voor gezin en kleinkinderen te hebben. Department Q had oorspronkelijk na tien delen afgerond moeten zijn, maar het enorme succes — ongeveer 29 miljoen verkochte exemplaren wereldwijd, 1,5 miljoen daarvan in Nederland — maakte voortzetting onvermijdelijk.

In het nieuwe deel is Carl Mørck officieel met pensioen en schrijft hij zijn memoires ver weg, maar een onopgeloste moord trekt hem terug naar zijn voormalige collega’s. Rose en Assad worstelen met persoonlijke kwesties en de komst van nieuwkomer Helena Henry — een vrouw met Deens-Franse roots — veroorzaakt wrijving, vooral bij Rose. Die groepsdynamiek van buitenstaanders die samen functioneren is een kerncomponent van de reeks en verklaart mede het succes en de navolging binnen het genre (vergelijkbaar met series als Slow Horses).

Adler-Olsen en zijn co-auteurs laten hun verhalen expliciet gelinkt zijn aan hedendaagse thema’s: eerdere afleveringen reflecteerden bijvoorbeeld op de coronatijd, en het nieuwe boek behandelt machtsmisbruik, de druk van sociale media en thema’s rond afslankmedicatie. Een opvallend personage blijft Assad, een Syrische vluchteling die als een van de slimste en meest mysterieuze figuren fungeert—bewust ontworpen als politiek provocerend maar tegelijk als held. De auteurs menen dat Assad in Denemarken heeft bijgedragen aan een andere perceptie van asielzoekers; Adler-Olsen zelf benadrukt dat het mysterie en de lagen van het personage hem vooral intrigeren. Inmiddels bestaan er zelfs Assad-fanclubs.

Persoonlijke achtergrond kleurt het werk: Adler-Olsen groeide deels op in een psychiatrisch ziekenhuis en is zoon van een bekende psycholoog en seksuoloog, invloeden die zijn psychologische benadering van personages zichtbaar maken. De gezamenlijke werkwijze met Bolther en Holm verschilt volgens hen wezenlijk van controversiële vervolgprojecten zoals die rond Stieg Larsson — hier blijft Adler-Olsen betrokken en beschikbaar voor advies. Department Q is nu bovendien wereldwijd te zien via Netflix, wat de reeks nog breder onder de aandacht bracht.