Schrijfster Leny (71) uit Taarlo maakt zich zorgen over taalachterstand bij kinderen. Dit is haar tip voor de Kinderboekenweek

In dit artikel:

Van 1 tot en met 12 oktober is de Kinderboekenweek, dit jaar onder het motto ‘vol avontuur’. Tegelijk waarschuwt de Inspectie van het Onderwijs dat het leesniveau van kinderen blijft dalen. Drents schrijfster en voormalig juf Leny Hamminga uit Taarlo maakt zich grote zorgen over die trend.

Hamminga, die 37 jaar voor de klas stond, combineerde altijd haar liefde voor theater en verhalen vertellen met het onderwijs. Na haar pensioen begon ze te schrijven — ze won een wedstrijd van het Huus van de Taol en publiceerde inmiddels vier boeken. Haar huis, omgeven door bomen en hoog gras, is gevuld met veelgelezen boeken; het thema avontuur loopt als een rode draad door haar werk en voorkeuren. De verhalen die ze schrijft en leest zijn vaak reisverhalen: figuren die op pad moeten en onderweg leren over anderen en de wereld.

Een opvallend aspect van haar schrijven is het afwisselen van standaardnederlands en Drents. Voor Hamminga is de streektaal een onderdeel van identiteit en verbondenheid, iets dat naast het Nederlands zou moeten blijven bestaan zonder schaamte.

Haar grootste zorg is inhoudelijk: als kinderen minder lezen, missen ze volgens haar de gelegenheid om zich in andermans gedachten en gevoelens te verplaatsen. Dat ondermijnt empathie en begrip. Ze signaleert bovendien dat jongeren steeds onverschilliger lijken te worden omdat informatie en vermaak steeds directer en visueler via schermen beschikbaar zijn. Daarom ziet ze een cruciale rol voor leraren en ouders: zij moeten het leesplezier laten zien door zelf te lezen, kinderen stimuleren langere aandachtsspanne te oefenen en het creëren van verbeelding te bevorderen.

Als leestip raadt Hamminga Timothée de Fombelles Tobie Lolness aan — en ze spoort kinderen aan om het lezen als een kleine ontsnapping te behandelen: een kopje thee erbij, een deken en even onbereikbaar zijn voor de buitenwereld.