Schiphol krijgt van Raad van State geen vrijbrief voor ontbrekende natuurvergunning
In dit artikel:
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft Schiphol geen voorlopige toestemming gegeven om onder de oude, door de rechtbank vernietigde natuurvergunning door te blijven draaien. De luchthaven had in juli in een spoedprocedure gevraagd om door te mogen werken totdat hoger beroep tegen de vernietiging is afgerond, maar die eis werd afgewezen.
Begin juni liet de rechtbank in Den Haag de in 2023 verleende natuurvergunning voor Schiphol van tafel halen. De uitspraak volgde op een zaak aangespannen door de activistische milieuorganisatie MOB, samen met andere milieuclubs, de gemeente Amsterdam en de gemeenteraad van Nieuwkoop. De rechter oordeelde dat de vergunning onvoldoende onderbouwd en niet met de vereiste zorgvuldigheid was voorbereid. Belangrijke kritiekpunten waren onder meer een gebrekkige motivatie dat de luchthaven geen extra schade aan natuurgebieden binnen ongeveer 25 kilometer veroorzaakt, onduidelijkheid over de effecten op beschermde diersoorten door overvluchten en het gebruik van stikstofcompensatie: Schiphol had negen Noord-Hollandse boerderijen opgekocht om hun stikstofruimte te benutten, waardoor die reductie niet voor natuurherstel zou zijn ingezet.
De uitspraak is gevoelig omdat de Raad van State tegen die tijd strengere voorwaarden had geformuleerd (eind 2024), en de rechtbank die met terugwerkende kracht liet meewegen. Zowel Schiphol als het kabinet gingen tegen de vernietiging in beroep; ook milieuorganisaties en gemeenten zijn in hoger beroep omdat zij vrezen dat het uiteindelijke oordeel te soepel kan uitpakken. De uiteindelijke uitspraak van het hoger beroep wordt pas voor eind volgend jaar verwacht. Tot die tijd ontbreekt er een geldige natuurvergunning en blijft juridische onzekerheid bestaan; MOB zegt niet per direct af te dwingen dat Schiphol moet krimpen, maar sluit handhavingsverzoeken niet uit.
De Raad van State stelde dat Schiphol geen algemene vrijbrief nodig heeft omdat de luchthaven zichzelf in individuele handhavingszaken kan verdedigen. Ondertussen bekijkt het kabinet de vergunningsaanvraag opnieuw aan de hand van de aangescherpte criteria, waarbij staatssecretaris Jean Rummenie het natuurbelang afweegt tegen de maatschappelijke en economische belangen van de luchthaven.