Samen sterker: deze zeven bijenlandschappen krijgen vorm, deel 1
In dit artikel:
Dit voorjaar heeft het Deltaplan Biodiversiteitsherstel, met financiering van LIFE IP All4Biodiversity en de Nationale Bijenstrategie, subsidie toegekend aan zeven initiatieven voor de aanleg van zogenoemde bijenlandschappen; drie daarvan zijn inmiddels van start gegaan. De projecten richten zich op het vergroten van leef- en foerageerruimte voor wilde bijen door landbouwgebieden te verbinden met omliggende natuur, het verbeteren van nestmogelijkheden en het stimuleren van lokaal draagvlak en educatie.
Bijenlandschap de Kleverbergh (tussen de Waal en de Ooijse Graaf) wil twee delen van het Natura 2000-gebied Rijntakken met elkaar verbinden en landbouwgrond geleidelijk omvormen tot een gevarieerder, bestuivervriendelijk netwerk. Op relatief korte termijn (project loopt nu drie maanden) zijn plannen in uitvoering: graslanden die jarenlang alleen Engels raaigras bevatten worden gediversifieerd, er komt een zogeheten bloeiboog, bloemstroken met biologische bloembollen en veel struiken en bomen voor nest-, schuil- en voedselplekken. De ontwikkeling wordt strak gemonitord: in samenwerking met Radboud Universiteit en Wageningen University & Research is een Diopsis-monitoringscamera geplaatst om insectenactiviteit nauwkeurig vast te leggen.
Bijenlint De Poelboerderij bouwt een ruim 600 meter lang lint in het veenweidepark nabij het Natura 2000-gebied Wormer- en Jisperveld en de Kalverpolder. Dit project zit nog in de voorbereidingsfase: zaden en insectenhotels zijn aangeschaft, lokale boeren, scholen en omwonenden zijn betrokken en er wordt gewerkt aan draagvlak. De komende periode staat in het teken van aanleg; daarna zijn excursies gepland die naar schatting zo’n 300 bezoekers per jaar zullen trekken.
Het project Bêd en brochje voor de bijen van de Fryske Marren richt zich op het verbeteren van nestgelegenheid in verbindingszones en het verhogen van nectarwaarde langs bermen. Doel is dat binnen vijf jaar 20% van de bermen stijgt van nectarindex 1 naar 2. Plaatsing van bijenburchten heeft ook een sterke educatieve component; uitvoering en plaatsing van de burchten worden verwacht in het najaar van 2025.
Samen tonen de initiatieven hoe landbouw en natuur gecombineerd kunnen worden om lokale biodiversiteit en bestuiving te versterken, met een mix van praktijkmaatregelen, wetenschappelijke monitoring en burgerbetrokkenheid als kerncomponenten.