Russische drones en raketten zitten nog altijd vol met westerse apparatuur, hoe kan dat?
In dit artikel:
Op 22 oktober gebruikte Rusland in een aanval op Charkiv naar schatting 400 drones en 28 raketten; onderzoek van de Oekraïense militaire inlichtingendienst toonde daarna aan dat in die wapens minstens 68 verschillende buitenlandse onderdelen — waaronder westerse microchips — zaten. Drieënhalf jaar na het begin van de oorlog en onder zware sancties lukt het Rusland nog steeds om cruciale westerse elektronica te bemachtigen.
Volgens sanctie-expert Robbert Rademakers (onderzoeker bij SEO en lid van een sanctiekennisnetwerk voor het ministerie van Buitenlandse Zaken) gebeurt dit niet zozeer via rechtstreekse chipverkopen, die scherp in het vizier liggen, maar via omwegen. Westers geproduceerde chips worden legaal geleverd aan landen als Kazachstan, India en China, waar exportregels vaak soepeler zijn; die goederen worden vervolgens doorverkocht of doorgeïmporteerd naar Rusland. Handelsdata laten een sterke toename zien van exporten van alledaagse elektrische apparaten en onderdelen — van magnetrons tot stofzuigers en smart‑apparaten — naar die tussenlanden. Duitse onderzoekers vinden dat de daaropvolgende doorexport naar Rusland “sterk bewijs” vormt voor het omzeilen van sancties.
OSINT For Ukraine maakte bovendien een lijst van chips die voor Russische defensieplatformen van belang zijn; veel daarvan zitten ook in internet‑verbonden consumentenelektronica zoals smart-tv’s en slimme speakers.
Aanpakken van deze doorvoer is complex: een breed exportverbod op alle derde landen is onpraktisch. Effectiever zou strengere handhaving zijn: bedrijven moeten hun afnemers en het risico op doorverkoop beter onderzoeken en de douane zou vaker moeten controleren of exporteurs voldoen aan die onderzoeksplicht. Zowel bedrijven als douane kampen echter met capaciteitstekorten, waardoor de huidige controlemogelijkheden beperkt blijven.