150 stapels lijken te zien in Sudanese stad Al-Fasher: 'Het is een slachthuis'

dinsdag, 16 december 2025 (16:45) - NOS Nieuws

In dit artikel:

Onderzoekers van Yale’s Humanitarian Research Lab concluderen dat de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF) in Al-Fasher bewijs van massamoord actief proberen te vernietigen. Aanleiding is de inname van de stad op 26 oktober; sindsdien analyseerden wetenschappers maanden aan satellietbeelden, ooggetuigenverslagen en online video’s en stelden patronen vast die volgens hen duiden op grootschalige executies en vervolgens het verwijderen of verbranden van lichamen.

Op ruim 150 locaties in de stad zijn op beelden stapels zichtbaar die qua vorm en maat overeenkomen met menselijke lichamen; op 38 plekken tonen grondkleuren veranderingen die consistent zijn met bloedvlekken. Analisten zagen ook omgeploegde en gladgestreken aarde en plekken waar stapels eerst verschenen en later verdwenen, vaak na waarnemingen van brand. De wijk Daraja Oula lijkt het zwaarst getroffen: daar noteerden de onderzoekers 52 stapels. Die wijk was relatief laat gevallen en veel burgers waren daarheen gevlucht, waardoor de vondsten de indruk wekken van deur-tot-deure executies; op beelden zijn lichamen en RSF-voertuigen dicht bij elkaar zichtbaar.

Nathaniel Raymond van Yale omschrijft de situatie scherp: “Het is een slachthuis,” en noemt Al-Fasher een crime scene waar een aarden wal eerder werd opgeworpen om de bevolking in te sluiten en uit te hongeren. De RSF had de stad ruim anderhalf jaar belegerd, met wegversperringen en barrières die vluchten bemoeilijkten. In Darfur speelt bovendien een etnisch geladen component: RSF-strijders van Arabische afkomst lijken gericht te zijn op Sudanezen van Afrikaanse afkomst.

Exacte aantallen slachtoffers zijn onbekend; Raymond schat dat “tienduizenden” niet onwaarschijnlijk zijn, maar toegang tot de stad ontbreekt en bewijs wordt systematisch weggewerkt. Vanuit de lucht lijkt Al-Fasher vrijwel verlaten: markten begroeid, geen ezelskarren, weinig mensen bij waterputten — alleen RSF-activiteit is zichtbaar. Het Wereldvoedselprogramma schatte nog 70.000–100.000 achtergeblevenen, maar zij zijn op satellietbeelden niet terug te vinden.

Het rapport benadrukt ook hiaten in informatie, bijvoorbeeld rond seksueel geweld, en roept op tot onmiddellijke toegang voor humanitaire hulp en forensisch onderzoek om overblijvend bewijs veilig te stellen voordat het volledig wordt gewist. De onderzoekers uiten frustratie dat de internationale gemeenschap niet harder optreedt, terwijl de RSF volgens hen steun ontvangt uit de regio. De klok tikt, waarschuwen zij, zowel voor overlevenden die hulp nodig hebben als voor het vastleggen van mogelijke misdaden tegen de menselijkheid.