Ronald Plasterk: "Maak boycot wederzijds, pak anti-Israël clubs aan"

zaterdag, 4 oktober 2025 (15:06) - Dagelijkse Standaard

In dit artikel:

Voormalig minister Ronald Plasterk heeft met een recente tweet een fel debat opgerakeld door te stellen dat Nederlandse culturele organisaties die deelnemen aan een boycot van Israël dezelfde behandeling moeten krijgen: wederzijdse uitsluiting van publiek, steun en subsidie. Hij reageerde op de website cultureleboycotisrael.nu, die een overzicht geeft van theaters, filmfestivals en individuele kunstenaars die Israëlische cultuur uitsluiten uit protest tegen wat zij ‘apartheid’ noemen. Als voorbeelden noemt hij onder meer de Leidse Schouwburg en het Nederlands Filmfestival.

Plasterk betoogt dat dit geen neutrale culturele actie is maar expliciet politiek activisme, en vindt het hypocriet dat instellingen die op publieke middelen draaien tegelijkertijd Israël demoniseren. In zijn redenering is de boycot extra problematisch nu Israël na 7 oktober zwaar werd getroffen door aanslagen van Hamas; instellingen die Israël de rug toekeren zouden daarmee feitelijk de kant van de aanvallers kiezen. Daarom pleit hij ervoor dat er financiële en organisatorische consequenties komen: geen overheidsgeld voor organisaties die zich tegen Israël keren.

De schrijver van het stuk juicht Plasterks ingrijpende koerswijziging toe en hekelt de rest van de gevestigde politiek, die volgens hem te terughoudend is uit angst voor kritiek van de linkse cultuursector. Vrijheid van meningsuiting wordt in het betoog niet aangetast, zo benadrukt men, maar politieke keuzes zouden wel gevolgen moeten hebben. Het kernpunt is dat publieke financiering niet gescheiden kan blijven van de politieke standpunten die instellingen openbaar uitdragen.

Als extra context: de culturele boycotpraktijk maakt deel uit van bredere discussies over BDS-bewegingen, de grens tussen kunst en politiek, en hoe overheden omgaan met subsidievoorwaarden wanneer instellingen politieke campagnes voeren. De kwestie raakt aan vragen over steun aan bondgenoten, publieke verantwoording en de rol van cultuurinstellingen in internationale conflicten.