Rechter: Wiersma moet gegevens Gelderse veehouders openbaren
In dit artikel:
De rechtbank in Den Haag heeft landbouwminister Piet Adema Wiersma (demissionair) opgedragen binnen twee weken gegevens vrij te geven over Gelderse veehouderijen en hun stikstofuitstoot, naar aanleiding van een verzoek van Omroep Gelderland. Als het ministerie weigert, riskeert het een dwangsom van 50.000 euro per dag tot maximaal 1 miljoen euro — een zeldzame sanctie omdat de rechter constateerde dat de minister al ruim een jaar in gebreke blijft terwijl zij volgens de wet verplicht is de informatie te verstrekken.
De uitspraak valt samen met aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 29 oktober; de rechter benadrukte dat kiezers moeten kunnen beoordelen hoe effectief het stikstofbeleid is en dat emissiecijfers daarvoor relevant zijn. Andere media, zoals NRC en Follow the Money, vroegen eveneens om openbaarmaking maar moeten wachten op het eindoordeel van de Raad van State, die hun zaak recent behandelde; een beslissing zou normaal binnen zes weken volgen, maar kan door de complexiteit langer duren.
Minister Wiersma wilde de data niet direct vrijgeven en pleitte eerst voor actieve voorlichting van duizenden boeren, een proces dat maanden kan duren. Zij en boerenorganisaties zoals LTO noemen veiligheidszorgen: boerderijen liggen vaak bij wooneenheden, wat volgens hen risico’s op intimidatie, stalbezettingen en bedreigingen kan vergroten. Bij de Raad van State stelde een woordvoerder van Farmers Defence Force dat er al meer dan honderd meldingen van incidenten binnen zijn gekomen. Actiegroep MOB heeft bovendien aangekondigd massale handhavingsverzoeken te gaan indienen tegen PAS-melders — boeren zonder geldige natuurvergunning — waarvoor adresgegevens nodig zijn.
Het adviescollege ACOI oordeelt dat de veiligheidsargumenten niet overtuigen omdat kwaadwillenden ook zonder deze openbaarmaking bedrijven kunnen vinden. Eerder oordeelde een rechtbank in Overijssel dat de minister haar bevoegdheden had misbruikt om openbaarmaking te vertragen; het ministerie is daartegen in beroep gegaan.