Rechtbank Haarlem verlaagt straffen voor drugskoeriers Schiphol: 'Zij worden te zwaar geraakt'

In dit artikel:

De rechtbank in Haarlem past voortaan mildere straffen toe voor drugskoeriers die op Schiphol worden gepakt. De wijziging werd dinsdag voor het eerst gebruikt in een zaak tegen een Colombiaanse man die in mei met vijf kilo cocaïne werd aangehouden; waar landelijke richtlijnen een celstraf van drie jaar zouden aangeven, besloot de rechtbank tot twee jaar.

De rechtbank motiveert de koerswijziging met de positie van koeriers in het criminele geheel: zij zijn meestal uitvoerders met beperkte invloed, terwijl winst en leiding bij anderen liggen. Volgens de rechtbank worden die laagste schakels nu onevenredig zwaar getroffen, terwijl hoofdrolspelers vaak buiten beeld blijven of via schikkingen aanzienlijk strafvoordeel behalen. Omdat vrijwel alle Schiphol‑aanhoudingen uit deze groep bestaan, wil Haarlem hiermee meer proportie brengen in de straffen.

Praktisch gelden voor Schiphol‑zaken nu lagere strafmaten:
- <1,5 kg: maximaal 8 maanden cel (voorheen maximaal 12 maanden; mogelijk gecombineerd met taakstraf);
- 1,5–5 kg: 6–24 maanden (voorheen 12–38 maanden);
- 5–20 kg: 20–36 maanden (voorheen 38–60 maanden).

Alle zaken van op Schiphol aangehouden koeriers komen automatisch voor de rechtbank in Haarlem; de aangepaste kaders gelden alleen daar. De Raad voor de Rechtspraak benadrukt dat landelijke richtlijnen hulpmiddelen zijn en rechters altijd vrij zijn daarvan af te wijken, maar dat een landelijke aanpassing voorlopig niet op de agenda staat. De komende maanden moet uitwijzen hoe de nieuwe aanpak in de praktijk uitpakt en of andere rechtbanken dit voorbeeld volgen.