PVV mag "ineens" weer meedoen van het kartel - maar rechtse samenwerking blijft taboe

In dit artikel:

Na jaren van uitsluiting en demonisering lijkt het politieke kartel in Nederland plotseling bereid de PVV van Geert Wilders weer serieus te nemen als mogelijke regeringspartij — maar wel onder strikte voorwaarden. In de media wordt dat gemaskeerd als realisme na de verkiezingen: publiekelijk blijft men afwijzend, maar achter de schermen zou men aan tafel schuiven, mits Wilders geen regering vormt met andere rechtse partijen.

Concrete afwijzingen betreffen vooral FVD (taboe), SGP (te principieel) en BBB (te veel weerstand bij D66 en GroenLinks). JA21 zou eventueel kunnen meedoen, maar alleen als die partij zich volledig naar de dominante coalitieplannen voegt. Volgens de auteur betekent dat voor de kiezer niets substantieels: een PVV in zo’n samenstelling wordt snel gekortwiekt en is vooral symbolisch aanwezig.

Als precedent wordt gewezen op een eerdere deelname van de PVV in een kabinet (genoemd kabinet-Schoof I), waar Wilders’ invloed door tegenstrijdige coalitiepartners beperkt werd. De conclusie: zonder gelijkgestemde partners als FVD, SGP, JA21 of BBB kan Wilders op belangrijke dossiers geen echte koerswijziging afdwingen; hij wordt dan een “gedomesticeerde” bliksemafleider. Het kartel verkiest volgens het artikel een bestuurbare PVV boven een breed rechts front dat echt breekt met het verleden.

De waarschuwing is helder: tekent Wilders voor een dergelijk compromis, dan wordt hij medeverantwoordelijk voor beleid dat hij eigenlijk verwerpt, terwijl de inhoudelijke vernieuwing uitblijft en de gevestigde partijen de regie houden.