PVV-leider eist einde aan islam na aanslag, maar moslim-held Ahmad redde levens door terrorist te ontwapenen
In dit artikel:
De schokkende aanslag op Bondi Beach in Sydney — waarin aanvallers het hadden gemunt op Joodse strandgangers — veroorzaakte een wereldwijde verontwaardiging en felle politieke reacties. PVV-leider Geert Wilders reageerde direct en trok uit de beelden de conclusie dat de islamitische ideologie die zulke haat voedt “uitgeroeid” moet worden. Zijn oproep op X benadrukte dat er een einde moet komen aan antisemitisme, terreur en wat hij ziet als de bedreiging van de islam voor het Westen.
Tegelijkertijd bracht het incident ook een ander beeld naar voren: Ahmad Al Ahmed, een moslim, immigrant en vader van twee, greep kordaat in toen anderen vluchtten. Hij wist de schutter neer te halen en erger te voorkomen; journalisten en omstanders bestempelden hem als de redder van de situatie. Zijn daad onderstreept de moeilijke maar belangrijke nuance dat individuele mensen uit dezelfde geloofsgemeenschap ook tegen extremisme kunnen optreden.
De kernboodschap van het artikel is dubbel: enerzijds is er de terechte verontwaardiging over de dodelijke gevolgen van radicale, politieke islam en het antisemitisme dat erdoor wordt aangewakkerd; anderzijds laat Ahmad’ interventie zien dat collectieve veroordelingen tekortschieten als ze geen onderscheid maken tussen extremisten en de meerderheid die geweld afwijst. De schrijver pleit ervoor extremisme te bestrijden, maar bondgenoten te zoeken in iedereen — ongeacht afkomst — die bereid is op te staan tegen haat.
Het stuk bevat bovendien herhaalde oproepen om een petitie tegen “Paarse Vrijdag” te tekenen, waarmee politieke agenda’s rond onderwijs en culturele kwesties worden aangeklaagd. Samenvattend: de aanslag legt de spanning bloot tussen noodzakelijke hardheid tegen radicalisering en het belang van het erkennen van individuele moed en solidariteit binnen groepen die anders gekarakteriseerd worden.