PVV en VVD drukken door: Kamer akkoord met strafbaarstelling illegaliteit (ondanks gejank van D66 en GL-PvdA)

dinsdag, 16 december 2025 (18:23) - Dagelijkse Standaard

In dit artikel:

De Tweede Kamer nadert een meerderheid voor het strafbaar stellen van illegaal verblijf in Nederland, dankzij een wetsnovelle van demissionair minister Van Weel die bezwaren van een aantal christendemocratische partijen wegnam. De wijziging maakt het strafbaar om zonder geldige verblijfsstatus in Nederland te zijn, maar bevat expliciete vrijstellingen zodat mensen die illegale vreemdelingen helpen — bijvoorbeeld met voedsel of onderdak — niet als medeplichtigen worden vervolgd. Die bepaling stond centraal in het compromis dat partijen als CDA en NSC over de streep trok.

De PVV stemt in met de maatregel, ook al had die partij liever nog verdergaande strafbepalingen gezien voor het faciliteren van illegaliteit. VVD en BBB steunen het voorstel en willen snel handelen om het asielbeleid van voormalig minister Faber te bestendigen. Links en progressieve partijen (GroenLinks, PvdA, D66) uiten felle kritiek: zij noemen het proces gehaast en vrezen uitvoeringsproblemen. Ook organisaties uit de asielketen en gemeenten waarschuwen voor extra werkdruk en praktische knelpunten bij handhaving.

Minister Van Weel probeert onrust te temperen door te benadrukken dat er geen grootschalige huiszoekingen of klopjachten komen en dat de maatregel bedoeld is als aanvullend instrument om mensen terug te brengen naar hun land van herkomst. ChristenUnie-Kamerlid Ceder ziet weinig toegevoegde waarde in de strafbaarstelling.

De wet moet nog door de Eerste Kamer; als die instemt treedt een duidelijker regime in werking dat illegaliteit expliciet tot strafbaar feit maakt. Politiek gezien presenteert het artikel dit als een overwinning voor partijen die willen terugdringen dat mensen zonder papieren in Nederland blijven, terwijl tegenstanders wijzen op juridische, bestuurlijke en humane bezwaren.

Korte context: strafbaarstelling verandert vooral het juridische kader en legt de nadruk op handhaving en terugkeer; de praktische effectiviteit hangt sterk af van uitvoeringscapaciteit, internationale afspraken en de rol van gemeenten, politie en justitie.